5 van 5

Re: Waarom bestaat er iets?

Geplaatst: wo 18 dec 2024, 15:48
door vijv
1) Onze wereld bestaat.

(2) Onze wereld is dus ook logisch mogelijk.

(3) De logische mogelijkheid zelf van onze wereld (noem dit "A") bestaat ook los van het al dan niet bestaan van onze wereld.

(4) Dus op zijn minst A bestaat ongeacht het bestaan van onze wereld.

(5) Zelfs als onze wereld niet zou bestaan dan bestaat er dus toch nog altijd iets (namelijk A).

(6) Dus is het (gegeven dat onze wereld bestaat) logisch onmogelijk dat er niets had bestaan.

Volgens mij gaat dit niet echt in de literatuur te vinden zijn (ik moet wel toegeven dat ik niet heb gezocht).
Ik denk dit omdat ikzelf kritische bedenkingen heb bij enkele punten van je redenering:

Het concept ” logische mogelijk” : iets is mogelijk of iets is niet mogelijk. Logica is geen eigenschap van mogelijkheid en in mijn ogen dus overbodig.
In regel 3 gebruik je het woord bestaan in twee betekenissen. Als we zeggen dat de wereld bestaat bedoelen we dat wereld fysisch is, Als we zeggen dat een natuurwet bestaat bedoelen we eigenlijk dat de fysische realiteit een ordening (misschien moeilijk verwoord) bezit
Er zitten ook wat fouten tegen de logica in :
Noem uitspraak “Onze wereld bestaat” A en de uitspraak “De wereld is( logisch) mogelijk” B
We krijgen dan volgende:
1) A
2) A =>B
In regel 3 besluit je dan dat B altijd waar is omdat regel twee waar is ongeacht het waarheidsgehalte van A. Dit klopt niet uitspraak 2 kan waar zijn als nog A nog B waar is.
Regel 4 is een herhaling van regel 3
Regel 5 is wederom een herformulering van regel 3
Regel 6 klopt als je het tijdsaspect buiten beschouwing laat. Niets kan er niet zijn als er iets is. Maar niets kan misschien wel voorafgaan aan het iets

Re: Waarom bestaat er iets?

Geplaatst: wo 18 dec 2024, 16:33
door Professor Puntje
vijv schreef: wo 18 dec 2024, 15:48 1) Onze wereld bestaat.

(2) Onze wereld is dus ook logisch mogelijk.

(3) De logische mogelijkheid zelf van onze wereld (noem dit "A") bestaat ook los van het al dan niet bestaan van onze wereld.

(4) Dus op zijn minst A bestaat ongeacht het bestaan van onze wereld.

(5) Zelfs als onze wereld niet zou bestaan dan bestaat er dus toch nog altijd iets (namelijk A).

(6) Dus is het (gegeven dat onze wereld bestaat) logisch onmogelijk dat er niets had bestaan.

Volgens mij gaat dit niet echt in de literatuur te vinden zijn (ik moet wel toegeven dat ik niet heb gezocht).
Ik denk dit omdat ikzelf kritische bedenkingen heb bij enkele punten van je redenering:

Het concept ” logische mogelijk” : iets is mogelijk of iets is niet mogelijk. Logica is geen eigenschap van mogelijkheid en in mijn ogen dus overbodig.
Zaken kunnen in verschillende opzichten mogelijk dan wel onmogelijk zijn. Sommige zaken zijn bij de huidige stand van de techniek nog onmogelijk maar kunnen later wellicht toch mogelijk blijken zodra we over geavanceerder technische hulpmiddelen beschikken. Verder zijn er zaken die op basis van de natuurwetten die in onze wereld heersen onmogelijk zijn, maar in een wereld met andere natuurwetten wel zouden kunnen. Een logische onmogelijkheid is iets dat in geen enkele consistente wereld het geval kan zijn. Jouw opvatting van mogelijkheden en onmogelijkheden is te simplistisch.
In regel 3 gebruik je het woord bestaan in twee betekenissen. Als we zeggen dat de wereld bestaat bedoelen we dat wereld fysisch is, Als we zeggen dat een natuurwet bestaat bedoelen we eigenlijk dat de fysische realiteit een ordening (misschien moeilijk verwoord) bezit
Inderdaad bestaan er volgens mij meer zaken dan fysische voorwerpen alleen. Natuurwetten zijn daarvan een fraai voorbeeld.
Er zitten ook wat fouten tegen de logica in :
Noem uitspraak “Onze wereld bestaat” A en de uitspraak “De wereld is( logisch) mogelijk” B
We krijgen dan volgende:
1) A
2) A =>B
In regel 3 besluit je dan dat B altijd waar is omdat regel twee waar is ongeacht het waarheidsgehalte van A. Dit klopt niet uitspraak 2 kan waar zijn als nog A nog B waar is.
Nee - Ik ga uit van A, dus neem aan dat 1) waar is. En uit het feit dat een zeker iets bestaat volgt automatisch dat dat iets logisch mogelijk is, dus 2) is een instantie van een logische wet die per definitie geldt. Dus inderdaad heeft 2) de waarheid van A of B niet nodig om waar te zijn. Uit A en A \( \Rightarrow \) B volgt B volgens de Modus Ponens.
Regel 4 is een herhaling van regel 3
Regel 5 is wederom een herformulering van regel 3
Regel 6 klopt als je het tijdsaspect buiten beschouwing laat. Niets kan er niet zijn als er iets is. Maar niets kan misschien wel voorafgaan aan het iets
Nee - het niets dat aan een iets vooraf zou gaan moet de logische mogelijkheid van het iets dat volgt al in zich bergen zoals mijn redenering bewijst. Dat niets is dan geen echt niets, maar een iets.