In een vorige discussie op dit forum werd gesteld dat een elementair rustmassa deeltje door een golfpakket met een fase snelheid van vf = c2/v wordt voorgesteld. Hierin is dan v de snelheid van het deeltje en tevens de groepsnelheid. De fase snelheid is daarmee fors hoger dan de lichtsnelheid.
Als men nu kijkt naar de limiet v = 0 , dan nadert de fase snelheid tot de waarde oneindig. Wegens p = h/λ nadert de golflente van de ‘de Broglie’ golf ook tot oneindig (p is immers dan ook nul). Merkwaardig is dat de frequentie daarbij een bepaalde waarde aanneemt die volgt uit:
E = h.f0 = m0.c2 è f0 = m0.c2/h
Het ‘de Broglie’ golfpakket krijgt dan wel een heel merkwaardige vorm.
Een eenvoudige berekening en vergelijking van de uitkomst daarvan met de ‘Dirac vergelijking’ leert dat men er iets anders tegenaan moet kijken.
Uitgangspunten zijn:
E2 = (m0.c2)2 + (p.c)2 (1) en E = h.f (2) en p=h/λ (3)
Waarbij zal blijken dat f eigenlijk een kwadratische som frequentie is en λ inderdaad de golflengte is van een bestaande golf die verbonden is aan de waarde van de impuls en een fasesnelheid heeft gelijk aan de lichtsnelheid.
Kijkt men naar de situatie waarin v = 0 dan krijgt men f0 = m0.c2/h . Wat is nu die frequntie f0 ? Om binnen de huidige kwantummechanica te blijven heb ik gekeken naar de oplossing van Diracs vergelijking voor p=0 en dan en dan krijgt men:
Ψ = A.exp((-i.m0.c2/h).t) waarin het argument gelijk is aan f0. Deze oplossing wordt geassocieerd met de spin van een elementair deeltje en dus het impulsmoment.
Ik wijs er hier dus al op dat f0 een frequentie is van een rotatie en niet die van een golf.
Kijkt men nu naar v=v dan worden de formules:
E2 = (m0.c2)2 + (p.c)2 = (h.f0)2 + (p.c)2 = (h.f)2 è(p.c)2 = h2.(f2 –f20)
stel nu (f2 –f20) =f2v dan krijgt men:
p.c = h.fv
Neemt men aan dat fv de frequentie is van een ‘de Broglie golf’ die in het vacuüm beweegt met de lichtsnelheid dan krijgt men precies de uitkomst van de Broglie die stelde dat voor een deeltje met rustmassa geldt:
p = h/λ, immers voor de fasesnelheid geldt dan dat c=fv.λ
De frequentie f is dan een somfrequentie van een rotatie frequentie en een golffrequentie maar in de kwadraten daarvan.
f0 = fspin en fv = fgolf