Kan het niet toch op de manier die je aangaf? Het werkt namelijk net zo met 'apathie' -> 'apathisch' (en niet 'apathicisme'). Natuurlijk is dit geen garantie, maar het klinkt aannemelijk.
Nee, wat CloudHeaven bedoelt is dat agnosticisme en agnosie twee verschillende woorden zijn.
Agnosticisme is een filosofische stroming waarbij gesteld wordt dat het bestaan van God niet met gebruikelijk wetenschappelijk methoden aangetoond kan worden.
Agnosie (agnosia) is een aandoening waarbij de lijder niet in staat is om voorwerpen, personen, geluid, reuk te herkennen, zonder significant geheugenverlies en bij intacte zintuigen.
Een agnost is agnostisch, maar wat is iemand die aan agnosie lijdt?
Ik heb zowel in de electronische ANS als op de Taalunieversum site niets kunnen vinden, wat duidelijkheid zou scheppen.
Dus verder gegraven met vergelijkbare constructies:
Op Duitse sites heb ik vervoegingen gevonden van prosopagnosie (gezichtsblindheid) en amnesie (geheugenverlies): prosopagnosisch en amnesisch. Dan zou het zijn: agnosisch.
Helaas kom je voor amnesie ook amnestisch en amnetisch tegen.
Amnestisch geeft de meeste hits in Google, en daar schiet je dus niets mee op, omdat je in lijn dan de term agnostisch zou moeten gebruiken (en die schept verwarring).
Laten we dan maar eens naar het Engels kijken: agnostisch=agnostic.
Iemand die lijdt aan agnosie is in het Engels: agnosic (zelfst nw: agnosia, agnosis). Vergelijk amnesic (amnesia, amnesis); prosopagnosic (prosopagnosia, prosopagnosis) etc. etc.
Dus ga ik persoonlijk vooralsnog toch voor agnosisch. Agnotisch komt voor mij op de tweede plaats, denk aan anaesthetisch (anaesthesie, Eng: anaesthesia, anaesthesis, bijv. nw: anaesthetic).
Dit is volgens mij nog onontgonnen gebied. Ik zal de vraag op
http://taalunieversum.org/ stellen met verwijzing naar deze discussie.