flappelap schreef: ↑za 02 nov 2019, 19:03
Ik vond dit artikel nog, een overzicht hoe je middels versnellende waarnemers gravitationele roodverschuiving en lichtafbuiging kunt beschrijven (lokaal!):
http://www.ejournal.unam.mx/rmf/no521/RMF52110.pdf
Wel wiskundig, maar eenvoudiger dan dit wordt het vrees ik niet.
Dat is wel een interessante link. even vluchtig doorgelezen, maar moet ik meer tijd voor nemen.
een stukje wat me wel opviel: (misschien kan iemand daar al iets over zeggen?)
het stukje na vergelijking 10
''Thus, two uniformly accelerated observers (or particles)
must have different accelerations in order to remain separated
by a proper constant distance. The increasing velocities of
the two particles produce an increasing Lorentz contraction
in such a way that the two particles seem to approach each
other viewed from the inertial frame S''
Dat laat als ik het goed begrijp zien dat de 2 versnellende waarnemers gezien van uit het stilstaande referentieframe niet evenveel versnellen, met als gevolg lengtecontractie.
Uiteindelijk gaat het er om wat we met de resultaten van dit artikel kunnen.
bv kun je met dit soort berekeningen een waarnemingshorizon krijgen of de baan van het licht uitrekenen rond een zware massa door stukjes flat space time(= locaal) aan elkaar te koppelen?
aan het einde staat daarover no een interessante conclusie:
''Thus, by contrast with the good agreement between the
red shift found in the preceding subsection and that given by
the general theory of relativity, there is a notorious difference
in the case of the bending of a light ray, in spite of the relativistic character of both approaches and especially of the
origin of Einstein’s theory of gravitation.''
Ik snap het op dit moment nog onvoldoende om te kunnen concluderen of dat nu komt door het niet meenemen van de juiste overgangen tussen de stukjes ''flat spacetime'' want dat zou een fundamentele fout opleveren, of dat ze gewoon in hetzelfde stukje flat spacetime blijven terwijl het niet 'flat' is. Dat laatste zou je namelijk op kunnen lossen door de berekening te integreren over heel veel van die kleine stukjes met bij elk stukje een nieuwe berekening van versnelling en richting van de versnelling.
Want als ik het goed gezien heb uit het eerdere filmpje bleek dat bij elke overgang naar een volgend stukje flat spacetime een kleine richtingscorrectie moet aanbrengen die wel uit de ART volgt, maar niet uit SRT.