Hallo,
ik kom niet uit een vraagstuk van mechanica (en wel specifiek, Sterkteleer).
Ik moet de maximale doorbuiging bepalen van een kleine (simpele) constructie, dit meer als oefening voor een tentamen. Het vraagstuk ziet er als volgt uit
D-lijn:
M-lijn:
Een kracht van 40 [kN] wordt geplaatst op het uiteinde van een staaf, die staaf wordt op 3 meter ondersteund door een scharnier, 6 meter verder door een roloplegging. Nu kan je m.b.v. het superpositie beginsel dit vraagstuk oplossen.
Verondersteld wordt dat de E-modulus (E) en het traagheidsmoment (I) gelijk zijn over de gehele lengte van de balk (en onbekend, maar dat maakt in principe niet uit).
Het gedeelte links van het scharnier mag ik beschouwen als een vaste inklemming met een puntlast, het bijbehorende vergeet-mij-nietje is hiervoor is:
V_max=(-P*L)/(3*E*I)
Als ik P en L invul, komt hier uit V_max=360/E*I
Nu het probleem waar ik tegen aan liep, hoe moet ik het gedeelte rechts van het scharnier aanpakken? Ik weet dat het iets is met de hoekverdraaiing die bij het scharnier ontstaat. De hoekverdraaiing maal de lengte van staaf 1 is de verplaatsing in verticale richting (bij benadering).
In Sterkteleer van Hibbeler staat een vergeet-mij-nietje van een balk, met scharnier en roloplegging, en een moment bij het scharnier, om de hoekverbraading uit te rekenen, deze luidt als volgt:
θ_1=(-M*L)/(3*E*I)
θ_2=(M*L)/(6*E*I)
Waarbij θ_1=de hoek bij het scharnier, en θ_2=de hoek bij de roloplegging.
Ik heb al wat lopen pielen, maar ik kom er gewoon niet uit.
Wanneer ik het moment van 120 kNm invul, bij θ_1, komt er het volgende uit:
(-120*6)/(3*E*I)=-360/(EI)
Als ik die -360/(EI) vermenigvuldig met de lengte van staaf 1, kom ik op een verticale verplaatsing uit van -1080/(EI). Wanneer ik de verplaatsing van 360/(EI) erbij aftrek, kom ik uiteindelijk uit op 1440/(EI) uit...
Het uiteindelijke antwoord moet v_max=-1620/EI zijn. Dit is overigens voorbeeldopgave 12.6 van het boek Sterkteleer van Hibbeler, in Hibbeler is het uitgewerkt m.b.v. integralen, maar ik wil het kunnen met superpositie en vergeet-mij-nietjes.
Wie kan mij hiermee helpen? (ik heb het idee dat het voorbeeld verkeerd is uitgewerkt in Hibbeler)