het zou dus kunnen dat lang voor de paaseiland-situatie,kanibalisme minder verwerpelijk was en dat externe factoren (stammentwisten,het zien van het opeten van de vijand als een symbool van superioriteit) het kannibalisme nog een enkele maal naar de oppervlakte hebben gebracht.
Kan inderdaad zijn. Ik wil toch graag even terugspringen naar de initiële vraag van Wouter.
Wouter vraagt :
Waarom is het verboden om mensenvlees te eten?
Een paar antwoorden later zegt Wouter :
Een reden geven als normen en waarden is je er makkelijk vanaf maken. Normen en waarden zijn door iets bepaald. Dus dan vraag ik door: Hoe is men op deze norm gekomen?
Persoonlijk geloof ik niet dat de afkeer van kannibalisme als een soort van instinctieve oernorm mag beschouwd worden. Zij is immers niet constant in de geschiedenis, noch op geogafisch vlak. Duidelijk is dat bepaalde volkeren een andere norm omtrent kannibalisme hanteren dan wij.
Wouter heeft gelijk als hij stelt dat we best voortgaan op het vraagstuk "Hoe is men op deze norm gekomen?" want het meest directe antwoord als verklaring voor het verbod op kannibalisme in onze contrijen is wellicht steeds opniew te zoeken en te vinden bij de normen en waarden van onze cultuur. Dus we moeten indirect gaan zoeken waarom kannibalisme "fout" is.
Hiervoor moeten wij ongetwijfeld de geschiedenis induiken. Het verhaal van de paaseilanden was voor mij een mooi voorbeeld om aan te tonen dat de houding tegenover kannibalisme historisch en cultureel gebonden is en zeker geen constante is in de menselijke wereldgeschiedenis. Hierop ben ik voort gegaan.
Het is dan ook interessant dat ik een paar oude teksten, boekjes en artikels heb teruggevonden waarbij ik het volgende heb opgestoken :
De eerste vormen van kannibalisme dateren van zo'n 500.000 geleden. De Neanderthalers deden het al. De meest recente vorm van kannibalisme is bekend uit Nieuw Guinea. Deze werd in de jaren 1950 verboden toen steeds meer mensen een de zogenaamde "trilziekte" (kuru) kregen.
Er zijn twee soorten kannibalisme : sociologische en pathologische. De eerste betekent het eten van je eigen soort in een gemeenschap waar kannibalisme wordt aanvaard, de tweede soort is het eten van je eigen soort in een cultuur waar dat niet wordt geaccepteerd.
Pathologisch kannibalisme komt dus vandaag de dag in onze contrijen wel degelijk voor, zij het dan uitgevoerd door gestoorde gekken die gelukkig tamelijk zelden voorkomen. Ik veronderstel dat het niet de bedoeling is dat deze vorm van kannibalisme het onderwerp van deze discussie is.
Interessant over sociologisch kannibalisme is de stelling dat de primaire rechtvaardiging voor dit verschijnsel bijna steeds een collectieve en gemeenschappelijke doelstelling was. Dit gold vooral in Europa en bij de Azteken. Bij de Aborigines en de Maya's gold deze rechtvaardiging ook, al was de eerder militair getint en kwam kannibalisme frequenter voor tijdens oorlogen.
In latere perioden kwam sociologisch kannibalisme vooral voor in Amerika (eerst Noord-, daarna Zuid-) en Afrika. De schrijver legt hier de link met het feit dat het net deze continenten waren waar de autochtone bevolking het slachtoffer was van moorden begaan door Europeanen. Wellicht kunnen we hieruit afleiden (er wordt immers geen periode vermeld) dat de schrijver het heeft over de periode die zich uitstrekt vanaf de Hoog-Middeleeuwen tot nu, temeer daar hij vermeld dat de kennis over deze kannibalistische praktijken voortspruit uit het bestaan van veroveringsverslagen afkomstig van krijgsheren van Europese mogendheden.
Toch stelt de schrijver dat in de meeste gevallen de oorzaak van de aanvaarding van kannibalistische praktijken niet moet worden gezocht bij historische factoren zoals oorlogen of de verdediging tegen een binnevallende vijand.
De vraag dient inderdaad gesteld te worden waarom bij voorbeeld de Indianen zich zouden bezighouden met het opeten van Amerikaanse soldaten waneer er genoeg voedsel, afkomstig van bijvoorbeeld buffels, voorhanden was. Tenzij natuurlijk kannibilisme een culturele traditie was of toch minstens het occasioneel voorkomen ervan aanvaard werd.
Een tamelijk aannemelijke militaire verklaring die ik heb gevonden stelt dat schijnbaar in veel culturen het geloof bestond dat het opeten van de vijand tot gevolg had dat de kracht van deze vijand, die nog steeds in het (zij het dode) lichaam aanwezig was, werd overgenomen als je hem verorberde...
De schrijver stelt dat gedurende de laatste 4000 tot 6000 jaar, daar waar kannibalisme voorkwam, dit verschijnsel meestal een onderdeel was van spirituele rituelen. Dikwijls ging dit kannibalisme dan ook gepaard met het offeren van mensen aan de goden door verbranding van het gehele lichaam of verbranding van bepaalde ingewanden, waarbij het hart tamelijk populair was (Inka's).
Ook het laten voortleven van de doden, een opvallend verschijnsel dat in veel culturen bestond (de Egyptenaren deden dat door hun lijken te balsemen), heeft zich in sommige culturen vertaald naar kannibalisme. De doden leefden als het ware voort als ze geconsumeerd werden. Die "als" in de vorige zin mogen wij misschien interpreteren als "op voorwaarde dat". Immers, een aanneembare verklaring voor het verschijnsel van systematisch kannibalisme waarbij de opgegetene niet werden gedood is misschien wel het feit dat consumptie de beste manier is om verrotting te voorkomen, tenminste de verrotting zoals men die waarneemt bij een lijk dat men onaangeroerd laat liggen.
Mischien ging men in sommige culturen er van uit dat een ziel niet kon voortleven (en dus definitief stierf) wanneer het lijk wegrotte. In deze filosofische kunnen wij ons misschien afvragen of misdadigers of "slechte mensen" in het algemeen ook werden opgegeten. Misschien werden deze bewust niet opgegeten om te voorkomen dat ze zouden kunnen voortleven. Deze laatste zin is momenteel echter gissing van mijn kant want ik heb hier niets over gevonden.
Ook interssant is dat niet in alle culturen waar in de loop der geschiednis zowel kannibalisme als offering voorkomt, deze twee verschijnselen hand in hand gaan. In sommige gevallen heeft het offeren van mensen het einde van het kannibalisme betekend, immers, de mens werd nu als voedsel gegeven aan een nog hogere (Goden en/of geesten) dan degene uit de stam (stamoverste, hogepriester) die zijn soortgenoot opat.
Toen de invoering van mensenoffers overal had plaatsgevonden, werd het eten van mensen taboe; mensenvlees was alleen voedsel voor de goden en de mens kon slechts een klein ceremoniëel stukje tot zich nemen, een sacrament. De overgang van kannibalisme naar offering in de verschillende culturen gaat dikwijls langzaam, via een "tussenstap" : de beperking van het mogen eten van mensenvlees, eerste enkel nog maar de mannen, later enkel de priesters en stamhoofden.
Tot slot : in één tekst stelt een schrijf dat wij waarschijnlijk bijna allemaal afstammen van kannibalen. Als bewijs hiervoor geeft hij aan dat bij bijna alle mensen genen bestaan die slechts dienen om ziekten te voorkomen die enkel kunnen worden overgedragen door menselijke hersenen te eten.
Voorts wil ik de volgende interessante links meedelen :
http://www.bliksemendonder.com/kannibalisme.htm
http://nl.wikipedia.org/wiki/Kannibalisme
De volgende tekst bewijst dat kannibalisme tijdens oorlogen vandaag de dag nog voorkomt. De pygmeeën dreigen, anno 2005, uit te sterven door kannibalisme!
...volgens mensenrechtenactivisten en waarnemers van de Verenigde Naties hebben de rebellen minstens twaalf Pygmeeën en een onbekend aantal leden van rivaliserende stammen gekookt en opgegeten. Kannibalisme komt vaker voor in Congo. In de burgeroorlog die de afgelopen vier jaar heeft gewoed zijn naar schatting 2,5 miljoen mensen omgekomen, de meesten van de honger. Dat laatste heeft ertoe geleid dat kannibalisme de kop opstak...
Bron%20:%20De%20Standaard,%207%20juli%202004
Kannibalisme%20en%20het%20Christendom
Veel%20moeilijker%20was%20mijn%20zoektocht%20naar%20de%20geschiedenis%20van%20het%20kannibalisme%20in%20onze%20contrijen,%20zeker%20vanaf%20de%20periode%20dat%20het%20Christendom%20in%20Europa%20de%20overheersende%20godsidenst%20was.%20%20Onze%20Christelijke%20waarden%20en%20tradities%20hebben%20er%20misschien%20voor%20gezorgd%20dat%20kannibalisme%20minder%20of%20nauwelijks%20voorgekomen%20is%20(althans%20als%20cultuurgebonden%20en%20trditioneel%20verschijnsel)%20in%20het%20door%20het%20Christendom%20overheerste%20Europa.
Een%20verslag%20van%20Plinius%20De%20Jongere%20over%20het%20Christendom%20(hij%20werd%20gezonden%20door%20keizer%20Trajanus%20om%20het%20gouverneurschap%20van%20de%20provincie%20Bithynia%20in%20Noord-Turkije%20op%20zich%20te%20nemen%20in%20het%20jaar%20112%20na%20Christus)%20zegt%20op%20een%20bepaald%20ogenblik,%20wanneer%20hij%20de%20vroomheid%20der%20christenen%20beschrijft,%20het%20volgende%20:%20%20<i>"Aan%20hun%20gemeenschappelijke%20maaltijden%20aten%20zij%20geen%20gedode%20kinderen.%20maar%20gewoon%20voedsel."[/i]%20%20Waarom%20zei%20Plinius%20dit?%20%20De%20aanklacht%20van%20kannibalisme%20werd%20vaak%20tegen%20de%20christenen%20ingebracht%20door%20onwetenden,%20ongetwijfeld%20omdat%20zij%20spraken%20van%20'zich%20voeden%20met%20Christus'%20bij%20het%20heilig%20avondmaal.%20(Plinius,%20"brieven",%2010.96)
Het%20feit%20dat%20Plinius%20hier%20kennelijk%20de%20nadruk%20op%20legde%20en%20toch%20ook%20de%20moeite%20deed%20om%20dit%20in%20zijn%20brief%20aan%20de%20keizer%20te%20vermelden%20doet%20misschien%20wel%20vermoeden%20dat%20in%20die%20tijd%20kannibalisme%20bij%20andere%20Europese%20culturen%20(andere%20dan%20deze,%20geïnspireerd%20door%20het%20Christendom)%20wel%20voorkwam.
Of%20zou%20hij%20enkel%20en%20alleen%20maar%20de%20onrechtvaardige%20aanklacht%20willen%20rechtzetten?
In%20ieder%20geval,%20de%20meeste%20verbanden%20tussen%20kannibalisme%20en%20het%20Christendom%20die%20ik%20terugvind%20gaan%20over%20de%20reeds%20door%20Plinius%20aangehaalde%20aanklacht,%20en%20het%20feit%20dat%20deze%20onterecht%20is,%20waarbij%20tevens%20steeds%20de%20koppeling%20wordt%20gelegd%20naar%20de%20verklaring%20voor%20dit%20misverstand.%20
Ik%20lees%20op%20%5burl="http://www.skepsis.nl/heksen.html"%5dhttp://www.skepsis.nl/heksen.html" target="_blank">http://www.amnesty-vu.nl/files/news085.htm[/i]
[url]http://www.rtl.nl/(/actueel/rtlnieuws/)/components/actueel/rtlnieuws/2003/01_januari/24/buitenland/0124_uitsterven_pygmee.xml[/i]
Kannibalisme duikt weer op in Congo
door Teije Brandsma
Voor een militaire rechtbank in Gbadolite, Noord-Congo, is afgelopen week een proces begonnen tegen 27 rebellen die worden beschuldigd van kannibalisme. De tweede man van de MLC-rebellen, luitenant Jose Zima, is donderdag tot levenslang veroordeeld.
Vanuit het immense Congo in Centraal-Afrika komen de laatste tijd weer berichten over mensen die mensen eten. Bij kannibalisme denken de meeste westerlingen aan oude gebruiken van stammen uit Papoea Nieuw-Guinea. Of ze associëren het met psychopaten zoals Armin M., de Duitse computerdeskundige uit Roteburg die in december vorig jaar toegaf een landgenoot met diens toestemming te hebben vermoord en opgegeten.
Ruim 150 jaar geleden kwamen ontdekkingsreizigers terug uit Afrika met verhalen over gevallen van kannibalisme. Er was toen al sprake van weinig bewijzen.
Een van de redenen was dat de Engelsen slavernij hadden verboden. Wel werd oogluikend toegestaan volkeren als slaaf te onderwerpen als ze zich aan kannibalisme te buiten gingen. Dat was zoiets barbaars, vonden de Britten, dat een leven als slaaf nog hoogstaander was. Handelaars verspreidden daarom geruchten van „mensenetende volkeren”.
Soms brachten ontdekkingsreizigers daadwerkelijk bewijzen vanuit Afrika mee naar huis. De drie stammen die steeds werden genoemd in hun verslagen waren de Fang, Azande en Monbuttu; allen volkeren die nu in Congo leven. Sommigen droogden de lichamen van hun verslagen vijanden, alsof het om vis ging.
H.C. Engert meldt in een publicatie uit een recentere tijd, in 1956, naar aanleiding van een reis in Centraal-Afrika, dat hij in Noord-Congo een Deense dierenarts ontmoette die vertelde te hebben gezien hoe in een periode van voedselschaarste in een dorp een vrouw was opgegeten. Er komen de laatste tijd bewijzen dat de praktijk nog bestaat.
Steeds als Congo door een periode van oorlog en chaos gaat, duiken er berichten op over kannibalisme.
Enkele weken geleden onderzochten de Verenigde Naties in Oost-Congo, bij Beni, geruchten dat rebellen van de MLC-factie en twee aanverwante groeperingen pygmeeën en leden van de Nandestam zouden hebben opgegeten. De VN kwamen met het schokkende oordeel dat de geruchten op waarheid berusten.
De onderzoekers kwamen in contact met ruim 350 mensen die de moordpartijen hadden overleefd en wisten te ontsnappen aan de kannibalistische rebellen. Deze week is het proces begonnen tegen een aantal militairen die ervan beschuldigd worden. De regering in Kinshasa heeft niet toegestaan dat advocaten naar Gbadolite reizen: de regering vindt dat de rebellenbeweging niet gerechtigd is zelf zulke processen te voeren; dat moet in de hoofdstad gebeuren.
Nzoli, die jager is, vertelde de VN dat hij terugkwam in zijn kamp, waar hij de rebellen vond. Hij verschool zich en zag hoe zijn neef, Kebe Musika, werd gedood en in stukken gesneden. Delen van zijn lichaam werden op de gloeiende kolen gelegd en even later opgegeten. „Ze strooiden zelfs zout op het vlees”, vertelde hij de VN´ers, „Alsof het eten van mensenvlees normaal voor hen was.”
Er zijn recentere voorbeelden van blanke slachtoffers. Eind jaren tachtig probeerden twee Belgen de Congo-rivier af te zakken met een amfibisch voertuig. In de buurt van Lisala legden ze aan bij een nederzetting. Een van de mannen ging met uitgestoken hand op de dorpsoudste af, toen hij van achteren werd neergehakt met een kapmes. De twee werden opgegeten. De toenmalige president Mobutu liet als represaille vrijwel het hele dorp door het leger uitmoorden.
Een correspondent van de Britse krant The Guardian was onlangs in Oost-Congo in een gebied beheerst door de Mai-Mai, een onafhankelijke rebellengroep. Hij ontmoette strijders die lichaamsdelen van gedode Rwandese soldaten met zich meedroegen, in de hoop dat dit hen onoverwinnelijk zou maken. Deze groep staat bekend als menseneters.
Nog een andere tekst :
7/07/2004: Kannibalisme-dossier naar Den Haag
Pygmeeën in OostCongo zijn sinds twee jaar systematisch het doelwit van oorlogsmisdaden als verkrachting, marteling en executies. De opdrachtgever is onder meer Jean-Pierre Bemba geweest, nu vice-president. Dat zegt Minority Rights Group, die gisteren een dossier met getuigenissen indiende bij het Internationaal Strafhof in Den Haag.
“Ik zag hoe ze mensenvlees in stukken sneden en dan boven een vuurtje roosterden.” Dat verklaart een man uit een dorp in de buurt van Maluti in het rapport. De grove mensenrechtenschendingen, waaronder kannibalisme tegen pygmeeën in Oost-Congo kwamen begin vorig jaar al aan het licht bij een onderzoek door de VN-mensenrechtencommissaris. Die stelde vast dat tijdens een offensief van de rebellengroepen MLC en RCD-ML in de herfst van 2002 en het voorjaar van 2003 bijna systematisch jacht werd gemaakt op pygmeeën. Dat offensief droeg de naam `Effacer le tableau'. Toen werd MLC-leider Jean-Pierre Bemba als een van de aanstokers van de gruwel genoemd. Die is nu vice-president in de Congolese overgangsregering. Volgens de ngo, die ter plekke getuigenissen verzamelde, worden pygmeeën om twee redenen geviseerd. Er is de mythe over hun vermeende magische krachten. Zo wordt verteld dat seks met een pygmeevrouw ziekten geneest en dat het eten van hun vlees strijders sterk maakt. De VN-commissaris meldde vorig jaar al gevallen van kannibalisme. Daarnaast zijn pygmeeën geboren sporenzoekers die door rebellengroepen werden ingezet, waarna andere rebellen hun dorpen aanvielen als represaille.
Vorige maand kondigde Luis Moreno Ocampo, procureur van het Internationaal Strafhof, aan dat het dossier van oorlogsmisdaden in Oost-Congo het eerste is dat hij aanpakt. Door de precaire veiligheidesituatie is zijn onderzoeksteam nog niet ter plaatse gegaan om bewijzen te verzamelen. MRG overhandigde daarom gisteren getuigenissen aan Den Haag. Naast Bemba wijzen ze ook de RCD-Goma en Hutu-rebellen aan als daders. Volgens het Réseau des Associations Autochtones Pygmées du Congo gaan de verkrachtingen en slachtingen voort.
Bron : De Standaard, 7 juli 2004
Kannibalisme en het Christendom
Veel moeilijker was mijn zoektocht naar de geschiedenis van het kannibalisme in onze contrijen, zeker vanaf de periode dat het Christendom in Europa de overheersende godsidenst was. Onze Christelijke waarden en tradities hebben er misschien voor gezorgd dat kannibalisme minder of nauwelijks voorgekomen is (althans als cultuurgebonden en trditioneel verschijnsel) in het door het Christendom overheerste Europa.
Een verslag van Plinius De Jongere over het Christendom (hij werd gezonden door keizer Trajanus om het gouverneurschap van de provincie Bithynia in Noord-Turkije op zich te nemen in het jaar 112 na Christus) zegt op een bepaald ogenblik, wanneer hij de vroomheid der christenen beschrijft, het volgende : "Aan hun gemeenschappelijke maaltijden aten zij geen gedode kinderen. maar gewoon voedsel." Waarom zei Plinius dit? De aanklacht van kannibalisme werd vaak tegen de christenen ingebracht door onwetenden, ongetwijfeld omdat zij spraken van 'zich voeden met Christus' bij het heilig avondmaal. (Plinius, "brieven", 10.96)
Het feit dat Plinius hier kennelijk de nadruk op legde en toch ook de moeite deed om dit in zijn brief aan de keizer te vermelden doet misschien wel vermoeden dat in die tijd kannibalisme bij andere Europese culturen (andere dan deze, geïnspireerd door het Christendom) wel voorkwam.
Of zou hij enkel en alleen maar de onrechtvaardige aanklacht willen rechtzetten?
In ieder geval, de meeste verbanden tussen kannibalisme en het Christendom die ik terugvind gaan over de reeds door Plinius aangehaalde aanklacht, en het feit dat deze onterecht is, waarbij tevens steeds de koppeling wordt gelegd naar de verklaring voor dit misverstand.
Ik lees op [url=http://www.skepsis.nl/heksen.html]http://www.skepsis.nl/heksen.html://http://www.amnesty-vu.nl/files/news....nl/heksen.html :
Vanaf de 15de eeuw werden er in Europa tienduizenden heksen verbrand. Zij werden beschouwd als geheime duivelaanbidders die zich tijdens nachtelijke rituelen overgaven aan vleselijke lusten en kannibalisme. en ook :
's Nachts vlogen zij zonder dat iemand het merkte naar hun heksensabbat, waar zij naakt dansten, met de duivel copuleerden en ongedoopt kindervlees aten.
Inderdaad, kannibalisme werd beschouwd als één van de traditionele handelingen, utgevoer door heksen, vooral tijdens nachtelijke rituelen. In veel akten van beschuldiging kan dit gelezen worden. Deze beschuldiging kwam vaak voor wanneer de verdachte een vroedvrouw betrof, die verdacht werd de oorzaak te zijn van een doodgeboren vrucht. Men ging er van uit dat de heks de vrucht doode, vooraleer zijn ter wereld was gekomen of vlak er na, om ze nadien te kunnen opeten. Behalve dan het kindervet, waarvan toverzalf werd gemaakt.
Ofschoon het in heel Europa vooral de wereldlijke macht was die heksen vervolgde (de kerkelijke macht zag bezetenen eerder als slachtoffer en geloofde meer in de aanpak van de duiveluitdrijving - en hield zich trouwens meer bezig met het vervolgen van de ongelovingen (ketters) tijdens de inquisitie een paar honderd jaar eerder) mogen we dit toch als een indicatie beschouwen van het feit dat in het door het Christendom overheerste Europa kanibalisme afgekeurd werd.
Waarschijnlijk zijn er meerdere verklaringen gegeven voor deze afkeuring, maar wie de algemene christelijke logica volgt komt toch al snel uit bij de stelling dat voor Gods schepsel respect dient te worden opgebracht (hoewel de Europese overheden zelf niet altijd zo nauw met deze regel omsprongen, immers, foltering bijvoorbeeld was immers ook het beschadigen en pijnigen van een lichaam, geschapen door God...).
Wellicht werd het opeten van een wezen, geschapen door God, als een misprijzen voor God aanzien. Dieren waren ook geschapen door God, maar dan wel om de mens van voedsel te voorzien. Nergens staat volgens mij trouwens in een Christelijk heilig schrift dat God kannibalisme goedkeurt (of ik zou me schromelijk moeten vergissen). Dat kan misschien een reden te meer geweest zijn om soortgenoten niet op te eten.