Materie en anti-materie heeft beide een positieve massa, dus het zwartgat zou zowiezo zwaarder moeten worden.
Inderdaad. Maar we moeten wel rekening houden met het feit dat het virtuele paren zijn, die hun energie lenen uit het niets.
Ik denk dat dus het volgende gebeurt: stel er ontstaat twee virtuele deeltjes. Precies voordat één van de deeltjes (doet er inderdaad niet toe welk) in het zwart gat gaat vallen, hebben ze beide nog positieve energie. Een virtueel paar mag immers energie uit het niets lenen, als het dat meteen (binnen de Plancktijd?) terug afgeeft.
Maar hier komt het: wanneer het deeltje in het zwart gat valt, kan het partnerdeeltje niet meer geannihileerd worden, en dus radieert het weg. Dit betekent dat het deeltje dat is kunnen ontsnappen reëel is geworden. Een reëel deeltje heeft steeds positieve energie. Maar dan zitten we met een probleem: er is energie ontstaan uit het niets, in strijd met de wet van behoud van energie. Dit probleem kan enkel opgelost worden door te veronderstellen dat het andere deeltje een negatieve energie kreeg, wanneer het 'reëel' werd (net op de rand van de waarnemingshorizon). het gevolg is dus dat het zwart gat massaverlies lijdt (-E=-mc²).