Van
Wikipedia:
Een quasar (Engelse afkorting voor quasi-stellar radio source), is een astronomisch object, dat in optische telescopen op een ster lijkt (dat wil zeggen een puntbron is), maar een zeer hoge roodverschuiving heeft en zich dus op zeer grote afstand van miljarden lichtjaren bevindt. Vanwege deze afstand en de eindige snelheid van het licht zien wij quasars zoals ze er miljarden jaren geleden, toen het heelal nog jonger was, uitzagen.
[...]
Dat de straling van quasars ondanks deze enorme afstand goed waarneembaar is, betekent dat ze enorm helder moeten zijn. De absolute helderheid van quasars komt overeen met de energie die 1000 of meer sterrenstelsels tezamen uitstralen, en dat maakt ze tot de helderste objecten in het universum. Alleen kortdurende fenomenen zoals een gammaflitsen een supernova's zijn soms nog helderder. De eigenlijke omvang van een quasar is daarentegen veel kleiner dan een enkel sterrenstelsel.
[...]
Men gaat ervan uit dat het hart van een quasar gevormd wordt door een superzwaar zwart gat, gelegen in het centrum van een actief sterrenstelsel, dat materie uit zijn omgeving aantrekt. Rond het zwarte gat vormt zich een accretieschijf, een afgeplatte, rondwervelende schijf van materie, waarin door botsingen de materie voortdurend wordt afgeremd. Door de wrijving wordt het materiaal verhit terwijl het het zwarte gat steeds dichter nadert, totdat het er uiteindelijk invalt. Voordat de materie in het gat valt, zendt het grote hoeveelheden straling uit. Loodrecht op het vlak van de schijf wordt materie met grote snelheid het heelal in geschoten, en vormt daardoor twee zogenaamde 'jets' (straalstromen).
Dat verklaart dus de straling en het vermoeden dat er in het centrum een zwart gat zou zitten.