Vragen ivm beginnende cursus elektrotechniek
Geplaatst: za 25 mei 2013, 21:20
Heb enkele vragen ivm elektrotechniek. Er zijn meerkeuzevragen en openvragen. Bedankt voor de hulp
Openvragen:
- Geef 2 gemotiveerde redenen waarom 3 fasige systemen voordelig zijn voor grote vermogens.
- Bij het aanleggen van een sinusoidale wisselspanning aan een magnetische kring met verwaarloosbare lekinductantie en wikkelweerstand, komt men tot onderstaande formule:Ueff=4.44NfBmaxAk. Geef de fysische betekenis en de praktische consequenties.
- Die pijlen tekenen voor een tweefasige systeem (laatste hfst magnetisme)
- Zekering uitschakelkarakteristiek
Andere open vraag:
Pijlen tekenen voor driefasig systeem in een driehoek geschakeld
Voorbeelden van meerkeuzevragen (de keuzes zijn telkens Ja/Nee/Onbepaald)
* TT-netten
- Men moet een verliesstroomschakelaar gebruiken
- Men mag een verliesstroomschakelaar gebruiken
- De foutstroom heeft het karakter van een kortsluiting
- ...
* Dezelfde vragen voor TN-net
* Lusaardingen
- Een lusaarding verkleint de stapspanning
- Een lusaarding mag aangevuld worden met penaarding
- Een lusaarding verkleint de foutspanning
- Een lusaarding verkleint de deelfoutspanning in de lus
- Een lusaarding verkleint de stapspanning
* Een driefasig toestel heeft P = 11kW, Unom = 380V en cos(phi)=0.5.
- Inom = 19,3A
- Inom = 33,4A
- ... (nog een aantal andere mogelijkheden)
* Klassen
- Klasse 1 toestellen moeten geaard worden
- Klasse 2 toestellen bieden voldoende veiligheid tegen waterindringing
- Klasse 2 toestellen mogen aan de beschermingsgeleider verbonden worden
- De beschermingsgraad zegt of het toestel bestendig is tegen stofdeeltjes
- ...
Voorbeelden van open vragen
* Belastingen in sterkstroomtoepassingen zijn overwegend inductief. Ja/Nee/Onbepaald + motiveer uw antwoord.
* Geeft 2 redenen waarom driefasige systemen voordelig zijn bij grote vermogens + motiveer
(mogelijke antwoorden: we sparen koper uit omdat de nulgeleider weg mag of de sectie mag kleiner; er is geen oscillerend vermogen bij meerfasige systemen; we benutten beter de omtrek van een generator omdat de wikkelfactor groter kan worden gemaakt bij driefasige systemen)
* Vraag van de Hall-sonde. In een geleidende staaf loopt een stroom van 250A. Rond deze geleider bevindt zich een ijzeren kern, met een doorsnede van 10cm² en een gemiddelde totale lengte van 10cm. De kern is gemaakt uit perfect magnetisch materiaal, met µ_r zeer groot. De kern heeft ook een luchtspleet van 0.8mm. (De opstelling is dus analoog aan een spoel op een ijzeren kern met luchtspleet, zoals in het hoofdstuk van magnetische kringen. Echter, nu heeft de spoel (= de staaf) maar één wikkeling.) Men plaatst een Hall-sonde in de luchtspleet. Bepaal het magnetisch inductieveld B dat de Hall-sonde meet. (B=0,39T als ik me niet vergis)
* Bij een generator is het beter om de deelspanningen samen te nemen tot drie fasen i.p.v. één fase. Leg uit, motiveer, teken de wijzerdiagramma voor beide situaties.
* Teken de uitschakelkarakteristiek van een zekering. Benoem alle assen, en vermeld alle relevante grootheden.
* Bij het berekenen van de spanning opgewekt door een draaiende machine, komt men tot onderstaande formule: Ueff=4.44NfBmaxAk. Leg uit hoe men aan die formule komt en geef de praktische consequenties.
* De bedrijfsstroom bepaalt rechtstreeks de doorsnede van een leiding. Ja/Nee/Onbepaald + motiveer uw antwoord.
Openvragen:
- Geef 2 gemotiveerde redenen waarom 3 fasige systemen voordelig zijn voor grote vermogens.
- Bij het aanleggen van een sinusoidale wisselspanning aan een magnetische kring met verwaarloosbare lekinductantie en wikkelweerstand, komt men tot onderstaande formule:Ueff=4.44NfBmaxAk. Geef de fysische betekenis en de praktische consequenties.
- Die pijlen tekenen voor een tweefasige systeem (laatste hfst magnetisme)
- Zekering uitschakelkarakteristiek
Andere open vraag:
Pijlen tekenen voor driefasig systeem in een driehoek geschakeld
Voorbeelden van meerkeuzevragen (de keuzes zijn telkens Ja/Nee/Onbepaald)
* TT-netten
- Men moet een verliesstroomschakelaar gebruiken
- Men mag een verliesstroomschakelaar gebruiken
- De foutstroom heeft het karakter van een kortsluiting
- ...
* Dezelfde vragen voor TN-net
* Lusaardingen
- Een lusaarding verkleint de stapspanning
- Een lusaarding mag aangevuld worden met penaarding
- Een lusaarding verkleint de foutspanning
- Een lusaarding verkleint de deelfoutspanning in de lus
- Een lusaarding verkleint de stapspanning
* Een driefasig toestel heeft P = 11kW, Unom = 380V en cos(phi)=0.5.
- Inom = 19,3A
- Inom = 33,4A
- ... (nog een aantal andere mogelijkheden)
* Klassen
- Klasse 1 toestellen moeten geaard worden
- Klasse 2 toestellen bieden voldoende veiligheid tegen waterindringing
- Klasse 2 toestellen mogen aan de beschermingsgeleider verbonden worden
- De beschermingsgraad zegt of het toestel bestendig is tegen stofdeeltjes
- ...
Voorbeelden van open vragen
* Belastingen in sterkstroomtoepassingen zijn overwegend inductief. Ja/Nee/Onbepaald + motiveer uw antwoord.
* Geeft 2 redenen waarom driefasige systemen voordelig zijn bij grote vermogens + motiveer
(mogelijke antwoorden: we sparen koper uit omdat de nulgeleider weg mag of de sectie mag kleiner; er is geen oscillerend vermogen bij meerfasige systemen; we benutten beter de omtrek van een generator omdat de wikkelfactor groter kan worden gemaakt bij driefasige systemen)
* Vraag van de Hall-sonde. In een geleidende staaf loopt een stroom van 250A. Rond deze geleider bevindt zich een ijzeren kern, met een doorsnede van 10cm² en een gemiddelde totale lengte van 10cm. De kern is gemaakt uit perfect magnetisch materiaal, met µ_r zeer groot. De kern heeft ook een luchtspleet van 0.8mm. (De opstelling is dus analoog aan een spoel op een ijzeren kern met luchtspleet, zoals in het hoofdstuk van magnetische kringen. Echter, nu heeft de spoel (= de staaf) maar één wikkeling.) Men plaatst een Hall-sonde in de luchtspleet. Bepaal het magnetisch inductieveld B dat de Hall-sonde meet. (B=0,39T als ik me niet vergis)
* Bij een generator is het beter om de deelspanningen samen te nemen tot drie fasen i.p.v. één fase. Leg uit, motiveer, teken de wijzerdiagramma voor beide situaties.
* Teken de uitschakelkarakteristiek van een zekering. Benoem alle assen, en vermeld alle relevante grootheden.
* Bij het berekenen van de spanning opgewekt door een draaiende machine, komt men tot onderstaande formule: Ueff=4.44NfBmaxAk. Leg uit hoe men aan die formule komt en geef de praktische consequenties.
* De bedrijfsstroom bepaalt rechtstreeks de doorsnede van een leiding. Ja/Nee/Onbepaald + motiveer uw antwoord.