sciencetalk

Ik begrijp het gebruik van vectoren niet zo goed bij een vertraging. Zie document. 
 

Het gaat om de tweede wet van Newton. F = ma
De richting van de versnelling is de richting van de kracht.
 
Iets dat een grootte heeft en een richting kun je je voorstellen als een pijl. De lengte van de pijl stelt de grootte voor en de richting van de pijl is de richting. Zie je dat snelheid, versnelling en kracht vectoren zijn?
 
Het verschil tussen versnellen en vertragen kun je zo zien.
 
Als de richting van de versnelling tegengesteld is aan de richting van de beweging, dan wordt het voorwerp door de kracht afgeremd (je duwt terug)
 
Als de richting van de versnelling hetzelfde is als de richting van de beweging, dan wordt het voorwerp door de kracht versneld.
 
De berekening
 
De berekening onderaan en de conclusie dat de arbeid door een remkracht positief zou zijn is niet correct. Arbeid kun je interpreteren als de energie die een object wint bij het uitoefenen van een kracht. Energieverlies betekent dus een negatieve arbeid.
 
De arbeid is positief als de kracht in de richting van de beweging staat: het voorwerp wint snelheid en dus ook energie: de arbeid door de kracht op het object is dan positief. De arbeid is negatief als de kracht tegen de richting van de beweging staat: het voorwerp verliest snelheid en dus ook energie: de arbeid door de kracht op het object is dan negatief.
 
Kijk uit met het teken van de kracht in combinatie met het aangeven van de grootte. Neem nou de remkracht.
De grootte van de remkracht is 3000N (niet -3000N). De grootte van een kracht, zonder informatie over de richting is altijd groter of gelijk aan nul.
 
Het plaatje in je opgave is verwarrend. In combinatie met de tekening is het fout. Frem is gegeven naar links. Een negatieve remkracht in de context van het plaatje zou bij mij dan naar rechts wijzen want negatief keert de richting om.
 
De remkracht in de richting van de beweging is -3000N. Het minteken betekent dat de richting wordt omgekeerd en als ik de rijrichting als referentie neem, moet ik dus een minteken gebruiken voor een remkracht.
 
Een correcte berekening is:
W = F.s.cos(alfa) met alfa = 180⁰ (wat betekent dat de verplaatsing en de kracht tegengesteld gericht zijn) is W = -300 kJ

Anton_v_U schreef:  
Een correcte berekening is:
W = F.s.cos(alfa) met alfa = 180⁰ (wat betekent dat de verplaatsing en de kracht tegengesteld gericht zijn) is W = -300 kJ

Ik begrijp je berekening hier volledig, maar ik probeer het met vectoren te berekenen. Aangezien ze toch allemaal horizontaal staan, is deze berekening niet nodig. Ik probeer de vectortekening te begrijpen en om te zetten in berekeningen, maar ik kom het maar niet uit! 
 
Heel bedankt voor je uitgebreide uitleg, toch blijft het heel moeilijk om te begrijpen. Bekijk aub even mijn volgend document, ik heb de opmerkingen per puntje opgesteld: 
 
(oh ja, en vergeet niet dat het plaatje niet gegeven is, die heb ik zelf getekend om een beeld te vormen van de opgave)

Bij jouw opmerkingen:
1. remkracht is tegengesteld gericht aan beweging (vector heeft negatieve x component, kracht is niet negatief)
2. inproduct remkracht en verplaatsing is negatief want tegengesteld gericht (dat is de formule F.s.cos(alfa))
3. resultante kracht werkt ALTIJD in de richting van de versnelling*
4. het is een remkracht: snelheid neemt af dus gericht tegen de beweging in
 
*Een versnelling in de richting van de snelheid is een versnelling, een versnelling tegen de richting van de snelheid is een vertraging; een negatieve versnelling.
 
 
Met vectoren geldt het volgende:
 
Snelheid: vector in de + x-richting.
Remkracht: vector in de - x richting (naar links dus, niet naar rechts zoals in jouw tekening)
Versnelling: vector in de - x richting (naar links, tegengesteld aan de snelheid, dus een vertraging)
Arbeid: inproduct van verplaatsing en kracht (tegengesteld gericht dus negatief)