The vomit comet en de man in de kist
Geplaatst: wo 10 jun 2015, 23:47
In de Endyclopedia Brittanica las ik:
Gravitational mass is determined by the strenght of the gravitational force experienced by the body when in the gravitational field g.
Inertial mass is a parameter giving the inertial resistance to acceleration when responding to all types of force.
In het boek: Einstein: “Mijn theorie” Spectrum (2008) p. 56 e.v. werkt Einstein als argument voor de algemene relativiteitstheorie, en de identiteit van zwarte en trage massa, een gedachtenexperiment uit. Als refenrentielichaam stelt hij zich een ruime kist voor, gesitueerd in een stuk lege ruimte voor zonder invloed van andere lichamen, een gebied dus gespeend van elk extern zwaartekrachtsveld. De kist en de waarnemer zijn gewichtsloos, en hebben geen zware massa, volgens de definitie van de Encyclopedia Brittanica, want er is geen zwaartekrachtsveld g. De man in de kist zweeft gewichtsloos rond in de kist.
Einstein schrijft: “In het midden van het plafond is aan de buitenkant van de kist is een haak bevestigd en een wezen (wat voor wezen doet er niet toe) begint met een constante kracht aan het touw te trekken.” Als gevolg van deze versnelling, zal de vloer van de kist zich verplaatsen, en de man die oorspronkelijk rond zweefde, zal ervaren dat de versnelling van de kist door de bodem van de kist op zijn voeten wordt overgedragen. Als hij een voorwerp laat vallen zal ook dit naar de bodem van de kist vallen. De man zal dus naar de bodem van de kist “toevallen”, en tot de conclusie komen dat hij met de kist in een zwaartekrachtveld terecht is gekomen.
Bekijken we een praktijkvoorbeeld om dit gedachtenexperiment kritisch te beschouwen. U kent zonder twijfel “the vomet comet” een vliegtuig dat een sinusoïde baan volgt. Als het vliegtuig “valt” en dus de zin (richting) van de aardse g, dan zullen de passagiers even snel vallen als het vliegtuig. De passagiers zullen dit fenomeen als gewichtsloosheid ervaren, er is immers geen snelheidsverschil is tussen hen en het vliegtuig, en geen weerstand tegen verplaatsing van de passagiers (resistance to acceleration) ten aanzien van het vliegtuig zelf.
Als we dit praktijkvoorbeeld toepassen op het gedachtenexperiment van de kist, zou ik kunnen besluiten dat de man, de kist en het voorwerp dat hij laat vallen, met eenzelfde snelheid vallen, en dus ten aanzien van mekaar gewichtsloos blijven. Aan gezien het “wezen” in Einsteins gedachtenexperiment onbepaald is en dus ook de zwaartekracht kan zijn, stel ik mij vragen bij Einsteins gedachtenexperiment.
Graag uw commentaar.
Gravitational mass is determined by the strenght of the gravitational force experienced by the body when in the gravitational field g.
Inertial mass is a parameter giving the inertial resistance to acceleration when responding to all types of force.
In het boek: Einstein: “Mijn theorie” Spectrum (2008) p. 56 e.v. werkt Einstein als argument voor de algemene relativiteitstheorie, en de identiteit van zwarte en trage massa, een gedachtenexperiment uit. Als refenrentielichaam stelt hij zich een ruime kist voor, gesitueerd in een stuk lege ruimte voor zonder invloed van andere lichamen, een gebied dus gespeend van elk extern zwaartekrachtsveld. De kist en de waarnemer zijn gewichtsloos, en hebben geen zware massa, volgens de definitie van de Encyclopedia Brittanica, want er is geen zwaartekrachtsveld g. De man in de kist zweeft gewichtsloos rond in de kist.
Einstein schrijft: “In het midden van het plafond is aan de buitenkant van de kist is een haak bevestigd en een wezen (wat voor wezen doet er niet toe) begint met een constante kracht aan het touw te trekken.” Als gevolg van deze versnelling, zal de vloer van de kist zich verplaatsen, en de man die oorspronkelijk rond zweefde, zal ervaren dat de versnelling van de kist door de bodem van de kist op zijn voeten wordt overgedragen. Als hij een voorwerp laat vallen zal ook dit naar de bodem van de kist vallen. De man zal dus naar de bodem van de kist “toevallen”, en tot de conclusie komen dat hij met de kist in een zwaartekrachtveld terecht is gekomen.
Bekijken we een praktijkvoorbeeld om dit gedachtenexperiment kritisch te beschouwen. U kent zonder twijfel “the vomet comet” een vliegtuig dat een sinusoïde baan volgt. Als het vliegtuig “valt” en dus de zin (richting) van de aardse g, dan zullen de passagiers even snel vallen als het vliegtuig. De passagiers zullen dit fenomeen als gewichtsloosheid ervaren, er is immers geen snelheidsverschil is tussen hen en het vliegtuig, en geen weerstand tegen verplaatsing van de passagiers (resistance to acceleration) ten aanzien van het vliegtuig zelf.
Als we dit praktijkvoorbeeld toepassen op het gedachtenexperiment van de kist, zou ik kunnen besluiten dat de man, de kist en het voorwerp dat hij laat vallen, met eenzelfde snelheid vallen, en dus ten aanzien van mekaar gewichtsloos blijven. Aan gezien het “wezen” in Einsteins gedachtenexperiment onbepaald is en dus ook de zwaartekracht kan zijn, stel ik mij vragen bij Einsteins gedachtenexperiment.
Graag uw commentaar.