sciencetalk

Hallo,
 
Ik ben bezig met het ontwerpen van een mal waar de bovenkant van een emmer precies in past. (voor constante maatcontrole).
De volgende maten zijn gemeten in mm:
 
Uitwendige diameter: 220,39 ± 0,46 
Dikte: 1,73 ± 0,08
 
Hoe bereken ik de nominale maat met tolerantie?
Klopt mijn methode of doe ik iets verkeerd?
 
 
Mijn methode:
 
* 222,12 - 1,73 = 220,39
  uitwendige diameter - dikte = inwendige diameter
 
* 0,46 + 0,08 = 0,54
  afwijkingen optellen
 
* Nu heb ik een inwendige diameter van 221,26 ± 0,54
 
* (222,12 + 220,39) / 2 = 221,26
  uitwendige diameter + inwendige diameter / 2 = gemiddelde maat
 
* (0,46 + 0,53) / 2 = 0,50
   afwijking uitwendig + afwijking inwendig) / 2 = gemiddelde afwijking
 
Nominale maat voor de circulaire mal =   221,26 ± 0,50
 
Alvast bedankt!
 

Of is deze methode correct? Vind het best verwarrend allemaal.
 
Methode 2
 
* 222,12 + 0,46 = 222,58
Uitwendige diameter + afwijking = max waarde
 
* 220,39 - 0,54 = 219,85
Inwendige diameter - afwijking = min waarde
 
* 222,58 - 219,85 = 2,73
max waarde - min waarde = totale afwijking
 
* (222,58 + 219,85)/ 2 = 221,22
max diameter + min diameter) / 2 = gemiddelde maat
 
* 2,73 / 2 = 1,37
totale afwijking / 2 = tolerantie 
 
Nominaal: 221,22 ± 1,37

Stap 1: maak een duidelijke schets.