sciencetalk

Ik ben aan het studeren voor het aankomende toelatingsexamen geneeskunde. Er is een vraag waar ik niet uit kom.

Vier pasgeboren baby's van 4 verschillende ouderparen werden levend teruggevonden in een ziekenhuis na een bomexplosie. Zij waren nog niet gemerkt door middel van armbandjes. De baby's hadden echter elk een verschillende bloedgroep: A, B, AB en 0.

Welk waren de bloedgroepen van de 4 paar ouders?

A. A en B,O en O,B en O,B en B

B. A en B,O en O,A en O,A en A

C. A en A,O en O,AB en O,B en B

D. A en B,O en O,AB en O,B en B



Het juiste antwoord van deze vraag is D. Mij lijkt deze eerder C nl:

Baby bloedgroep A heeft ouders met bloedgroepen A en A,

Baby bloedgroep B heeft ouders met bloedgroepen B en B,

Baby bloedgroep AB heeft ouders met bloedgroepen AB en O,

Baby bloedgroep O heeft ouders met bloedgroepen O en O.

Als antwoord D juist zou zijn, dan heeft baby bloedgroep A ouders met bloedgroepen A en B? Maar de baby heeft toch antistoffen B in zijn bloed?

Kan iemand mij hiermee helpen?

Baby bloedgroep AB heeft ouders met bloedgroepen AB en O,

Iemand met bloedgroep AB kan geen ouder met O hebben. Het allel voor A komt van de ene ouder, dat voor B van de andere. Mogelijke combinaties van ouders zijn dus: A en B, A en AB, AB en B.

Let wel dat in antwoord D dus de volgorde van kinderen is:

AB, O, A en B

Waarbij type komt van het A allel van de AB-ouder en het O allel van de andere.

Benm schreef:Iemand met bloedgroep AB kan geen ouder met O hebben. Het allel voor A komt van de ene ouder, dat voor B van de andere. Mogelijke combinaties van ouders zijn dus: A en B, A en AB, AB en B.

Let wel dat in antwoord D dus de volgorde van kinderen is:

AB, O, A en B

Waarbij type komt van het A allel van de AB-ouder en het O allel van de andere.

Bedankt! Ik snap het.

Ik ben van plan volgend in 2008 mee te doen aan het ingangsexamen. Kunnen jullie me voorbeeldvragen bezorgen of zeggen waar ik eraan kan komen. Alvast bedankt