De klokken in de ruimteschepen 1 en 2 bewegen met de respectieve snelheden v1 en -v2 van die ruimteschepen ten opzichte van W0. Dus zullen de klokken in die ruimteschepen vanuit W0 bezien trager lopen dan de klokken van W0 zelf. Als W0 laat controleren wat de klokken in de ruimteschepen aanwijzen bij het passeren van de poortjes (gebeurtenissen G1 en G2) en bij de botsing (gebeurtenis G3) moet het dus zo zijn dat er volgens die klokken in de ruimteschepen tussen G1 en G3 en tussen G2 en G3 minder tijd is verstreken dan er op de klokken van W0 zelf tussen die gebeurtenissen is verstreken. Daarom kunnen je uitkomsten onmogelijk kloppen.
(De Nederlandse Wikipedia is wat dit betreft zeer verwarrend!)