Hallo!
Premisse 1: Alle A zijn B
Premisse 2: Alle B zijn C
Conclusie: Alle C zijn A
Klopt deze conlusie?
donalddarko schreef:Ik had een testje gemaakt waarin ik een een syllogisme zag:
Stelling 1: Alle canadezen zijn rechtshandig.
Stelling 2: Alle rechtshandigen zijn opticiens.
De conclusie is: Sommige opticiens zijn canadees. (waarom is de conclusie niet: álle opticiens zijn canadees?
Maar het omgekeerde kun je niet concluderen: alle A zijn B impliceert niet dat alle B ook A zijn, en alle B zijn C betekent niet dat alle C ook B zijn.ALS die twee stellingen kloppen, dan volgt wel dat alle Canadezen ook opticiens zijn.
In principe heeft Ypsilon het allemaal correct beantwoord. Nog enkele opmerkingen:donalddarko schreef:Ik had een testje gemaakt waarin ik een een syllogisme zag:
Stelling 1: Alle canadezen zijn rechtshandig.
Stelling 2: Alle rechtshandigen zijn opticiens.
De conclusie is: Sommige opticiens zijn canadees. (waarom is de conclusie niet: álle opticiens zijn canadees?