1 van 1
Uitspraak van de klinkers in het latijn
Geplaatst: wo 08 sep 2010, 18:44
door Portus Ostiae
Dag allemaal,
Ik zit nu in het derde jaar Latijn. Ik heb in het tweede een jaartje Latijn-(Oud)Grieks gevolgd, maar ben met spijt in het hart moeten stoppen omdat er op mijn school geen mogelijkheid bestaat om Latijn-(Oud)Grieks-Wiskunde te volgen, en ik geef aan sterke wiskunde altijd voorrang omdat ik daar heel goed in ben. Nu werk ik in het derde jaar weer met Phoenix op school. We hebben ook een grammaticaboek gekregen van Phoenix, en daarin staat uitleg over de uitspraak van medeklinkers, groepen medeklinkers(zoals ph, gn...) en dat snap ik allemaal. Maar bij de klinkers gaat het mis.
In ons zogenoemd "vocboekje"(vocabularium) staan meestal boogjes of streepjes op de klinkers. Zo kunnen we weten of je de "a" lang, zoals in "kater", of kort, zoals in "kat" moet uitspreken. Voor de andere klinkers geldt dat ook. Er staat ook in ons grammaticaboekje dat een doffe "e," zoals in "hut"(expres heb ik niet gekozen voor "het" omdat de Nederlanders dit vaak durven uitspreken met een korte "e" zoals in "pet"), niet bestaat.
Het probleem is dat sommige klinkers geen boogje of streepje dragen.
Is er iemand die weet hoe het moet? Iemand die ook Phoenix 1, 2 of 3 gebruikt(bestaat 4 al?)? Kan iemand me zeggen hoe ik die klinkers moet uitspreken?
Ik wil in het bijzonder de perfecte (klassieke!) uitspraak van onderstaande zin weten.
"CETERVMCENSEOCARTHAGINEMDELENDAMESSE"
oftewel: "Ceterum censeo Carthaginem delendam esse."
waarvan de vertaling zou moeten zijn: "Overigens ben ik van mening dat Carthago moet worden vernietigd."
Als ik een fout heb gemaakt in de zin mag je dat ook melden.
Re: Uitspraak van de klinkers in het latijn
Geplaatst: di 14 sep 2010, 10:22
door druijf
Voor de uitspraak is het ook nodig om op de klemtoon te letten.
De klemtoon komt altijd op de voor-voor-laatste lettergreep, behalve (natuurlijk) bij tweelettergrepige woorden en bij drie- of meerlettergrepige woorden komt de klemtoon op de voorlaatste lettergreep als die lang is.
Een lettergreep is lang, als ze een lange klinker of een tweeklank bevat:
Latīna et Gráécus.
Een lange klinker in een woord moet je inderdaad net weten, of opzoeken in een goed woordenboek.
Een lettergreep is ook lang als er op de klinker twee of meer medeklinkers volgen.
Volgens mij moet het dus zo:
Cēterum censeo Carthāginem delendam esse
Re: Uitspraak van de klinkers in het latijn
Geplaatst: wo 15 sep 2010, 20:07
door Portus Ostiae
druijf schreef:Voor de uitspraak is het ook nodig om op de klemtoon te letten.
De klemtoon komt altijd op de voor-voor-laatste lettergreep, behalve (natuurlijk) bij tweelettergrepige woorden en bij drie- of meerlettergrepige woorden komt de klemtoon op de voorlaatste lettergreep als die lang is.
Een lettergreep is lang, als ze een lange klinker of een tweeklank bevat:
Latīna et Gráécus.
Een lange klinker in een woord moet je inderdaad net weten, of opzoeken in een goed woordenboek.
Een lettergreep is ook lang als er op de klinker twee of meer medeklinkers volgen.
Volgens mij moet het dus zo:
Cēterum censeo Carthāginem delendam esse
Maar nu heb je nog steeds klinkers waarop geen streepje of boogje staat. Zijn alle klinkers zonder streepje lang?
Ik heb meestal de neiging om het zo uit te spreken:
Keeteroem kenseejoo Karthaginem deelendam essee.
één e spreek je uit als een e uit pet, de g als in garçon.
Maar ik denk dat het eerder zo moet:
Keeteroem Keenseejoo Karthaginem deeleendam essee.
De regels voor klemtoon ken ik.
Re: Uitspraak van de klinkers in het latijn
Geplaatst: do 16 sep 2010, 12:01
door In physics I trust
Ik herinner me de zin nog, maar ik weet niet meer of er sprake was van een metrum. Anders kan je scanderen volgens een (dactylische) hexa- of pentameter misschien? Ook de vijfvoetige jambe komt soms voor.
Maar in proza is dat minder waarschijnlijk...
Re: Uitspraak van de klinkers in het latijn
Geplaatst: do 16 sep 2010, 12:54
door In physics I trust
Even mischien een beetje meer licht op deze zin werpen: deze zin, waarmee Cato Maior elke toespraak beëindigde tijdens de Punische Oorlogen, (volgens de overlevering althans), is waarschijnlijk niet authentiek. Het was een legendarische uiting van de Romeinse staatskunde, die echter enkel door Plutarchus wordt geciteerd én dan nog in het Oud-Grieks. Latijnse versies halen de zin steeds in de indicrect rede aan.
We vinden deze zin dus niet terug zoals hij vandaag de dag nogal eens poulair wordt aangehaald, en daarmee kunnen we zekerheid over de correcte uitspraak misschien wel vergeten, al blijven boven aangehaalde algemene regels wel geldig.
Re: Uitspraak van de klinkers in het latijn
Geplaatst: wo 06 okt 2010, 09:45
door Gdhmndr
Valē,
De klemtoonplaats in het Latijn is inderdaad afhankelijk van de klinkerlengte/lettergreeplengte van de voorlaatste lettergreep, maar daarmee blijft de lengte van niet beklemtoonde lettergrepen uit beeld; zo is de E in Carthāgine kort, terwijl die in pulchrē juist lang is.
Om de lengte van de klinkers in lettergrepen te bepalen/na te trekken moet je daarom een (goed) woordenboek raadplegen.
Ik heb dat voor jouw zin gedaan en dan ziet het er zo uit:
Cēterum cēnseō Carthāginem dēlendam esse.
Klinkers zonder macron [ˉ] zijn in deze zin kort, maar die heb ik niet van een breve [˘] voorzien.
Je kunt nu de uitspraak wel ongeveer raden, maar een voorbehoud is op zijn plaats;
er bestaat vanuit de poëzie aanwijzing dat bepaalde klankcombinaties nasaal werden uitgesproken.
Vooral klinkers voor de combinatie -ns werden nasaal uitgesproken, maar waarschijnlijk ook de combinaties -am, -em, -um aan het eind van woorden die door een woord dat met een klinker begon, gevolgd werden.
Zo zou pulchrum est waarschijnlijk uitgesproken zijn als pulk(h)rũst, waarbij de circumflex op de U de nasaliteit aangeeft.
Mogelijk heeft de zin dan ongeveer als volgt geklonken:
ke:teroem kẽ:seo: Kartha:ginem de:lendãs:e (de dubbele punt achter een letterteken duidt erop dat die klank langer aangehouden wordt en een komma voor een lettergreep geeft de beklemtoonde lettergreep aan).
Sommige taalgeleerden nemen overigens aan dat het Latijn tevens een toontaal was, maar daarover bestaat onenigheid, omdat de Romeinen die in der tijd opmerkingen maakten over de klanken van hun eigen taal, terminologie gebruikten die afgeleid was van die welke Grieken gebruikten voor het beschrijven van hún eigen taal, die met zekerheid een toontaal was; het is dus onduidelijk of de Romeinen de feitelijke toestand beschreven of dat zich bedienden van eigenlijk niet juiste terminologie.