Er zijn al eens vragen overgeweest maar ik heb er nog een paar (niet als te moeilijke) bedacht voor de liefhebber:
1.
We hebben een normale klok met seconde wijzer die op t=0 start als alle drie de wijzers op 12 staan.
Natuurlijk staan ze dat om twaalf uur weer,
maar zijn er tussentijds nog standen geweest waarop ze op de zelfde stand stonden?
zo nee; waarom niet?
zo ja, op welke stand(en) was dat?
2.
We laten nu de grote wijzer achteruit draaien. (maar wel met de juiste snelheid)
Wanneer en waar staan de wijzers in de zelfde stand?
3.
Welke snelheid moet de grote wijzer krijgen zodat ze oneindig vaak in de zelfde verschillende standen komen te staan?
Welke oneindigheid is dat dan?
De triviale oplossingen moeten bij 3. worden weggelaten, ook wordt aangenomen dat de klok oneindig lang draait.
PS.
Het variëren van de kleine wijzer is eigenlijk zinloos en dan ook niet toegestaan.