Heh, best een leuke vraag om uit te werken. Ik ben even te lui om een tekening te maken met paint te tekenen (kent iemand een degelijk stukje software om makkelijk en snel krachtenplaatjes ed. te tekenen?), dus ik hoop dat het te volgen is.
Aannames:
Het zwaartepunt ligt exact op het midden van de ladder en de hoek tussen de vloer en de muur is 90 graden, dus
\(\frac{\pi}{2}\)
. De trap is niet in beweging, dus de de som van de krachten en de som van de momenten is nul.
Analyse:
We noemen de hoek die de ladder maakt met de vloer
\(\alpha\)
en de hoek die met de muur gemaakt wordt
\(\beta\)
.
\(\alpha+\beta=\frac{\pi}{2}\rightarrow \beta=\frac{\pi}{2}-\alpha\)
De zwaartekracht
\(F_z\)
, die uit het zwaartepunt daalt kan worden ontbonden in twee krachten die evenwijdig aan en loodrecht op de trap staan. Hetzelfde geldt voor de wrijvingskracht. We onderscheiden verder twee wrijvingskrachten. De eerste is het gevolg van een ruwe vloer, de tweede van een ruwe muur.
\(F_{z,II}=cos \beta F_z= sin \alpha F_z\)
\(F_{w_1,II}=\frac{F_{w_1}}{cos \alpha}\)
\(F_{w_2,II}=cos \beta F_{w_2}=sin \alpha F_{w_2}\)
Nu zijn de wrijvingskrachten evenredig met de normaalkrachten die op de punten werken. Ook deze krachten kunnen ontbonden worden loodrecht op en evenwijdig aan de trap. De loodrechte componenten kunnen beschouwd worden als momenten, waarbij het zwaartepunt het draaipunt is. De momenten moeten dan even groot (en omkeerd) zijn, aagezien de ladder niet in beweging is. De momenten bevinden zich op even grote afstand van het draaipunt, dus de loodrecht ontbonden normaalkrachten moet ook gelijk zijn.
\(F_{n_2,\perp}=(-)F_{n_1,\perp}\)
\(\frac{F_{n_2}}{cos \alpha}=cos \beta F_{n_1}=sin \alpha F_{n_1}\)
\(F_{n_2}=cos \alpha sin \alpha F_{n_1}=\frac{1}{2}sin 2\alpha F_{n_1}\)
Aangezien de wrijvingskracht evenredig is met de nomaalkracht geldt:
\(F_{w_2}=sin \alpha \frac{1}{2}sin 2\alpha F_{w_1}\)
\(F_{w_2}=cos \alpha sin \alpha \frac{1}{2}sin 2\alphaF_{w_1}=sin 2\alpha F_{w_1}\)
\(F_{w_2} \leq F_{w_1}\)
Dus de wrijvingskracht die door de vloer ontstaat heeft meer effect en is dus nuttiger. De uitzondering is als de ladder verticaal staat; dan is wrijving niet eens nodig.