Wat jij hierboven stelt klopt grofweg, hoe hoger de orbitaal van een elektron hoe korter de golflengte en hoe hoger de frequentie (en dus de energie-inhoud;
E=hc/λ) van het uitgezonden foton als het elektron terugvalt naar de grondtoestand.
Voorbeeld waterstof:
- 600px-Hydrogen_transitions_svg 729 keer bekeken
De Lyman serie bevindt zich in het ultraviolet, de Balmer serie voornamelijk in het zichtbare gebied, terwijl de Paschen serie zich in het nabije infrarood bevindt.
Maar de energieverschillen tussen naastliggende orbitalen nemen af bij hogere orbitalen:
- electron_step_analogy 729 keer bekeken
Dus ligt het anders als er niet teruggevallen wordt naar het laagste orbitaal. Zo wordt een zichtbaar foton (410 nm) uitgezonden als er van n6 naar n2 wordt teruggevallen, terwijl van n2 naar n1 een energetischer (122 nm) uv foton oplevert.
Het potentiële energieniveau van een geheel van de kern ontkoppeld elektron wordt op nul gesteld, en dat is dus het hoogste niveau. Valt het elektron terug naar een lager orbitaal wordt de potentiële energie dus meer negatief. Dus heeft een atoom in de grondtoestand de laagst mogelijke energie.
Zie ook:
hier
De eerste vraag is mij ook niet duidelijk, en de gegeven link werkt niet.