De spanning V (t) verloopt continu en periodiek met periode 30. Tijdens zulke periode verandert de spanning in de vorm a sin(bt + c) gedefinieerd over een tijdspanne van 20 en is daarbuiten 0. De spanning die steeds positief is heeft als hoogste waarde 15.
Wat wordt er hier bedoeld met een tijdspanne van 20 en is daarbuiten 0?