de helft voor het linker deel en de helft voor het rechter deel?
Oeps.. Ja natuurlijk moet dat.
Ieder van de strookhelften hoeft slechts de helft van de verticale resultante te leveren.
We kunnen een inschatting maken van de meest ongunstige situatie: De uitzakking aan de korte zijde (12,5cm) is slechts 5 graden, dus 5,5 mm. Als we deze uitzakking van 5,5 mm voor de langste vezels, een strookje stof in de diagonaal van 20,5 cm, (oppervlak hiervan is 1/10 van het doek) ontbinden dan komen we bij een strookbreedte van 1 cm op ruwweg (10,26/0,55) = ~19 * 5N uit. Dat is dan te veel voor de vezels in de hoeken.
Het is dus van belang goed te kijken of die geschatte hoek van 5 á 10 graden in de lengte-, breedte-, of diagonale richting is.