DParlevliet schreef: Uit mijn figuur volgt ook geen parabool
Een verklaring hiervoor is misschien dat er 2 nivo's zijn mbt omgang met kennis.DParlevliet schreef:
Wat mij verbaast is dat veel deskundigen op fora deskundig zijn in die enorm ingewikkelde relativiteitsformules, maar als je met een vereenvoudigde (maar wel kloppende) voorstelling komt dan begrijpen ze het niet. Je moet altijd in termen van Riemann blijven spreken. Misschien is mijn uitleg onduidelijk of verwarrend, maar wie thuis is in de basis van de relativiteit moet daar toch doorheen kunnen kijken.
De voorstelling van Dparlevliet is voor zover ik het zie gebaseerd op de fundamenten waar Einstein vanuit ging het feit dat een lichtstraal rechtdoor gaat zonder zwaartekrachtsveld en dat er geen onderscheid gemaakt kan worden tussen versnellen tgv zwaartekracht of versnellen tgv iets anders, dus dat je op basis daarvan dus als logisch gevolg krijgt dat een lichtstraal afbuigt in een zwaartekrachtsveld omdat als je een laserpointer een versnelling geeft loodrecht op de lichtrichting het licht vanuit het punt vertrekt waar de zaklantaarn eerst was en een tijdje later is de zaklantaarn verplaatst, maar de richting van de lichtstraal nog steeds vanuit de oorspronkelijke positie. dus voor zwaartekracht waarbij de positie gelijk blijft krijg je dan hetzelfde idee, maar dan met een echte kromme lichtstraal.HansH schreef: Een verklaring hiervoor is misschien dat er 2 nivo's zijn mbt omgang met kennis.
1) kennis leren op basis van de bekende theorie, dus alleen volgen wat er gebeurt en dat begrijpen.
2) hiermee verder gaan op basis van 'out of the box denken' en hiermee komen tot nieuwe inzichten of andere manieren om iets te begrijpen
Ik denk dat er nog een 3e mogelijkheid is, namelijk alleen het essentiele stukje uit de theorie erbij halen wat nodig is om om een bepaald effect te kunnen verklaren. (hoe denk je dat Einstein zelf ooit begonnen is aan zijn relativiteitstheorie, ik neem aan bij het begin en niet bij de resulterende eindformules ) Wat klopt er niet in de voorstelling van Dparlevliet?Professor Puntje schreef: Wanneer iemand denkt de ART op een (veel) simpeler manier te kunnen afleiden dan via de standaardaanpak mogelijk is zijn er twee mogelijkheden:
1. De betreffende persoon heeft het niet helemaal begrepen en heeft het mis.
2. De betreffende persoon is slimmer dan een eeuw aan relativistische theoretici, en heeft inderdaad een simpele alternatieve aanpak voor de ART gevonden.
Wat is de afleiding van de kromtestraal die het licht volgt op het aardoppervlak, uitgerekend metDParlevliet schreef: Dat is dus het probleem. Einsteins 4D-model is simpel en formules die hier uit komen eenvoudig. Ik geef een voorstelling (geen aanpak) die precies Einstein's model volgt en dan wordt er gezegd dat het niet juist is en dat je de formules moet volgen. Maar niemand weet uit te leggen wat er niet klopt aan het model. En als ik vraag wat volgens de formules de kromtestraal van de ruimte is op het aardoppervlak, dan kan ook niemand dat. Dus blijkbaar begrijpt men zelf de formules ook niet.
Dat ligt er maar net aan welke formules en in welke vorm je precies op het oog hebt. Einsteins algemene relativiteitstheorie beschrijft de ruimtetijd als een vierdimensionale Riemannvariëteit, waarbij de meetkundige structuur van de ruimtetijd met behulp van tensoren wordt beschreven. Wel is het zo dat bepaalde verschijnselen zoals de periheliumverschiuving bij planeten, de afbuiging van een lichtstraal door het zwaartekrachtsveld van een nabije ster en gravitationele roodverschuiving met eenvoudige formules kunnen worden beschreven die geen tensorformalisme beschrijven, maar algebraïsch gezien eenvoudig van aard zijn.Einsteins 4D-model is simpel en formules die hier uit komen eenvoudig.
HansH schreef: Ik denk dat er nog een 3e mogelijkheid is, namelijk alleen het essentiele stukje uit de theorie erbij halen wat nodig is om om een bepaald effect te kunnen verklaren. (hoe denk je dat Einstein zelf ooit begonnen is aan zijn relativiteitstheorie, ik neem aan bij het begin en niet bij de resulterende eindformules ) Wat klopt er niet in de voorstelling van Dparlevliet?
Vbbvucvsdu9n ua a a9as v i8 a cvakoeeqoofdf c cncc.
DParlevliet schreef: Dat is dus het probleem. Einsteins 4D-model is simpel en formules die hier uit komen eenvoudig. Ik geef een voorstelling (geen aanpak) die precies Einstein's model volgt en dan wordt er gezegd dat het niet juist is en dat je de formules moet volgen. Maar niemand weet uit te leggen wat er niet klopt aan het model.