Voor mijzelf moet ik denk ik eerst nog een keer heel secuur door de SRT lopen om de precieze impact van referentieframes die tov elkaar bewegen te doorgronden, maar de uitdaging zit er natuurlijk in om gelijk wat verder te denken en versnelling en het equivalentieprincipe erbij te nemen om zo het effect van versnellende frames te kunnen begrijpen.
Nja. Rome is niet in één dag gebouwd!
Meedenken met wat ik bedoel lijkt er ook nu niet in te zitten helaas.
Ik kan niet voor flappelap spreken, maar het is voor mij niet goed duidelijk wat nu precies je vraag (nog) is, waar je vastloopt. En wat wel duidelijk is (geworden).
Maar meedenken - lijkt me duidelijk - doen we zeker.
flappelap schreef: ↑zo 27 okt 2019, 13:53
Kortom: het equivalentieprincipe is niet equivalent aan de Einsteinvergelijkingen. In modern jargon impliceert het equivalentieprincipe een ijksymmetrie. Maar dat vertelt je alleen iets over gegeven oplossingen.
Die oplossingen verkrijg je uitvde bewegingsvergelijkingen, waar de ijksymmetrie een eigenschap van is.
Helemaal waar, maar je kunt zonder de veldvergelijkingen zeker een begin maken en relatief een heel eind komen met ART. Naar mijn mening zelfs terwijl de SRT nog niet geheel duidelijk is. Iig, de principes. Kan geen kwaad. Ik vind de ART niet per se een vervolg op de SRT.
((
De poisson vergelijking is
...
ik zou dat eerst of eigenlijk helemaal vergeten. Poisson vergelijken met zwaartekracht volgens de ART.))