maar hoe kan men dan op een begrijpelijke wijze
Proefje voor thuis:
Pak een emmer (1 kg) met water (8 kg) en een bezemsteel (1 kg). Doe de steel in de emmer en til het geheel een meter aan het hengsel van de emmer op. Wat hebben we aan energie moeten leveren (m.g.h)?
Uitkomst: 10 kg * 9,8 m/s
2 * 1 m = 98 kgm
2/s
2 = 98 Joule. Was dat lastig tillen? Nee, helemaal niet.
Zet de emmer weer op de grond en steek de bezemsteel een klein stukje door het hengsel, pak de bezemsteel aan de andere zijde met een hand beet en zak door de knieën zodat de bezemsteel horizontaal is. Probeer de emmer op te tillen... Dat gaat dus niet vanwege de grote momentkracht.
Zou het je (met twee handen en verrekte polsspieren) wél lukken dan is de emmer nog steeds slechts een meter van de grond gekomen en dus is de geleverde energie nog steeds maar 98 Joule (eigenlijk iets minder want de bezemsteel was al een stukje opgetild toen we begonnen), ondanks de grote kracht die je door dat draaimoment moet leveren.
Zo'n snel roterende schijf zorgt niet voor 'lift' maar wel voor een veel gunstiger krachtverhouding omdat je dat moment niet hoeft te leveren (je die bezemsteel a.h.w. kwijtraakt).