Ik zit ook met het probleem van de verschillende paden van de lichtstralen buiten de trein en de lichtstralen binnen de trein. Wat mij betreft mogen die ook niet verschillend zijn. Treinen zijn immers slechts denkbeeldige referentiestelsels, je mag er zelfs zoveel tekenen als je wil, en ook door elkaar heen. Maar ik krijg de paden niet overlappend. Ook niet als ik de tijd ga uitrekken of inkrimpen. Alleen door iets te doen met gelijktijdigheid kan ik de paden overlappend krijgen. Dus bijvoorbeeld de beide lichtstralen worden wel simultaan uitgezonden voor de ene waarnemer, maar worden niet simultaan uitgezonden voor de andere waarnemer. Maar juist op het gebied van gelijktijdigheid snap ik de uitleg van Einstein zelf niet zo goed. En dat komt grotendeels door de definitie die hij hanteert. Al neem ik wel aan dat zijn uitleg slechts illustratief is. Ik neem wel gelijk aan dat gelijktijdigheid niet meer geldt in SRT
Los daarvan nog even een afbeelding ter verduideijking van de definitie van gelijktijdigheid in klassieke natuurkunde, dus niet-relativistisch. Het eigenlijke onderwerp van dit topic.
twee niet-gelijktijdige gebeurtenissen links, en twee gelijktijdige gebeurtenissen rechts. ditmaal heb ik de tijd netjes van onder naar boven laten lopen, en niet andersom. De schuine lijnen representeren de bewegende referentiestelsels