atoomklok in zwaartekrachtsveld

[wnvl1]

Het is nuttig om met de waarnemer onderaan twee referentieframes te associëren. Het eerste referentie frame is een niet-inertieel referentieframe. Het versnelt en blijft gedurende het hele verhaal meebewegen met de waarnemer onderaan. Het tweede referentie frame is een inertieel referentieframe dat op het ogenblik dat de lichtstraal vertrekt met de waarnemer meebeweegt, maar eenzelfde constante snelheid aan blijft houden (het gaat dus steeds meer achterlopen). In het tweede referentieframe is de snelheid van het licht c = 3*10^8m/s. In het eerste niet inertiële referentieframe dat blijft meebewegen met de waarnemer is de snelheid van het licht niet gelijk aan c = 3*10^8m/s, maar kleiner (groter zou ook kunnen in het geval van een vertraging).

Dat is essentieel om de redenering te begrijpen.

[HansH]

In het eerste niet inertiële referentieframe dat blijft meebewegen met de waarnemer is de snelheid van het licht niet gelijk aan c = 3*10^8m/s, maar kleiner

maar het licht gaat toch in elk referentieframe met c? dus dan snap ik het nog steeds niet. Dus wat is dan de redenatie dat het licht langzamer gaat en hoeveel langamer dan?

[Xilvo]

maar het licht gaat toch in elk referentieframe met c? dus dan snap ik het nog steeds niet. Dus wat is dan de redenatie dat het licht langzamer gaat en hoeveel langamer dan?

In de SRT gaat het licht overal voor iedere waarnemer met de constante snelheid, c.
In de ART, of in een versnellend stelsel, niet.
De waarnemer zal op zijn positie, lokaal, die snelheid c meten.
Maar hij ziet onderin die lift de tijd trager lopen en dus ook het licht langzamer gaan. Dat is precies die tijddilatatie.

Dit is verder geen verklaring, je zou het terecht een cirkelredenering kunnen noemen. Het is het Doppler-effect dat de waarnemer een lagere frequentie laat zien dan waarmee het licht werd uitgezonden.

[HansH]

Dit is verder geen verklaring, je zou het terecht een cirkelredenering kunnen noemen. Het is het Doppler-effect dat de waarnemer een lagere frequentie laat zien dan waarmee het licht werd uitgezonden.

Het dopler effect kan niet de oorzaak zijn maar moet een gevolg zijn van iets meer basics wat te maken heeft het de eigenschappen van referentieframes.

[Xilvo]

Als de zender een andere snelheid heeft dan de ontvanger krijg je met het Doppler-effect te maken.
Er zit tijd tussen het verzenden en het ontvangen, in die tijd is de snelheid van de ontvanger verder toegenomen.