ok.
Waarom? Wat heeft dat oppervlak met de inhoud te maken?
Als je zegt "omdat dan de inhoud van een dun plakje ook evenredig groter wordt", dan ben je met een limiet bezig...
ok.
Waarom? Wat heeft dat oppervlak met de inhoud te maken?
Dat is waar ik op doelde toen ik het had over een "impliciete limiet".
Ik weet hier nog geen goed antwoord op. Wat vinden anderen ervan?
Dehn heeft bewezen dat Hilbert gelijk had dus dat zal wel kloppen. Maar zeggen dat dat zonder meer equivalent is met de volumebepaling van een piramide in stukjes is niet waar. En daarom is ook het bewijs van Dehn niet van toepassing op dit probleem.
Michiel Roelens:
De formulering van Hilbert was
‘bewijs dat er twee viervlakken bestaan met zelfde grond-
vlak en hoogte maar die niet tot elkaar kunnen worden
omgevormd door knippen en plakken met een eindig aan-
tal stukken’. Men kan aantonen dat deze formulering
equivalent is met de onmogelijkheid van de volumebepa-
ling van een piramide in stukjes. Max Dehn loste het pro-
bleem enkele maanden later op door te bewijzen dat het
onmogelijk is.
We hoeven geen willekeurige piramides te vergelijken maar heel specifieke.
Ik heb een andere druk gevonden die online beschikbaar is. Ook in die druk begint het bewijs op blz 159. Dr Molenbroek schijnt in 1945 overleden te zijn dus het copyright op zijn werk is verlopen.tempelier schreef: ↑ma 01 mei 2023, 18:08 Ik ken en bewijs dat als volgt loopt:
1. Bewijs dat elk driezijdig prisma op te delen valt in drie gelijke driezijdige piramiden
2. Bewijs dat drie gelijke driezijdige piramiden in één driezijdig prima passen.
Het uitgewerkte bewijs staat in:
Leerboek de stereometrie
van Dr. P. Molenbroek.
P. Noordhof 13de druk.
Blz 159.
Nou en of het een bewijs is.Nesciyolo schreef: ↑wo 03 mei 2023, 16:53Ik heb een andere druk gevonden die online beschikbaar is. Ook in die druk begint het bewijs op blz 159. Dr Molenbroek schijnt in 1945 overleden te zijn dus het copyright op zijn werk is verlopen.tempelier schreef: ↑ma 01 mei 2023, 18:08 Ik ken en bewijs dat als volgt loopt:
1. Bewijs dat elk driezijdig prisma op te delen valt in drie gelijke driezijdige piramiden
2. Bewijs dat drie gelijke driezijdige piramiden in één driezijdig prima passen.
Het uitgewerkte bewijs staat in:
Leerboek de stereometrie
van Dr. P. Molenbroek.
P. Noordhof 13de druk.
Blz 159.
https://www.delpher.nl/nl/boeken/view?q ... 4000:00167
Helaas is dit geen bewijs voor de inhoudsformule. De piramides zijn niet gelijkvormig. De inhoudsformule wordt gebruikt om te laten zien dat de piramides even groot zijn. Dat is dus niet geldig voor wat we hier doen. Ik denk dat mijn hierboven gegeven bewijs echt het eerste algemene bewijs zonder limieten voor de inhoudsformule in de geschiedenis is.