Hier met echte ellipsen:
Ik verwijs naar p.284 uit Schutz, B. (2022). A first course in general relativity. Cambridge university press.
Dat is volgens mij geen parallel transport. Parallel transport beschrijft hoe een vector langs een kromme in een gekromde ruimtetijd (of een gekromd oppervlak) wordt "meegenomen" zonder dat de vector verandert in grootte of richting ten opzichte van de kromme. Als die vector vast moet blijven hangen aan jouw opgelegde ellips, is dat geen parallel transport meer.HansH schreef: ↑di 21 jan 2025, 23:13 knip eens een ellips uit en probeer die zo goed mogelijk over het oppervlak van een bal te verplaatsen door de buitenkant steeds aan de bol te laten raken zonder frictie of rotatie. (dat heet dacht ik parallel transport) dan zul je zien dat de ellips een perihelium precessie gaat vertonen.
dan heet het anders, maar gaat even om wat er gebeurt en niet hoe het heet. anders gaat de discussie weer ongewenst afleiden van waar het om draait en zijn we 10 berichten verder en dit weer vergeten.wnvl1 schreef: ↑di 21 jan 2025, 23:39
Dat is volgens mij geen parallel transport. Parallel transport beschrijft hoe een vector langs een kromme in een gekromde ruimtetijd (of een gekromd oppervlak) wordt "meegenomen" zonder dat de vector verandert in grootte of richting ten opzichte van de kromme. Als die vector vast moet blijven hangen aan jouw opgelegde ellips, is dat geen parallel transport meer.
je bedoelt uitwisseling van potentiele en kinetische energie neem ik aan? maar dat levert een ellips en geen roterende ellips. Dus moet je denk ik eerst begrijpen welk mechanisme voor een roterende ellips kan zorgen. ik denk dat dat alleen kan als de som van potentiele en kinetische energie niet precies 0 is. je moet immers ergens gaan versnellen en vertragen tov de standaard ellips baan om die baan te wijzigen.
Eerder met heel, heel veel geluk, vermoed ik. In iedere geval als je een precessiegrootte zoals waargenomen bedoelt.Professor Puntje schreef: ↑wo 22 jan 2025, 10:46 In deze opzet krijg je door het Doppler effect een vervorming van de ellips die met wat geluk leidt tot een rotatie van het perihelium.
Goed punt. Met een mix van krachten maar ook gekromde ruimte(tijd?) wordt het er zeker niet eenvoudiger op. Zelfs al zou het lukken waargenomen resultaten te benaderen.
graag een plaatje erbij met grafische onderbouwing van je verhaal. als ik het wil kunnen volgen moet ik anders eerst met reverse engineering dat plaatje proberen te constueren voor ik iberhaupt kan begrijpen wat je wilt doen.Professor Puntje schreef: ↑wo 22 jan 2025, 10:46 Op tijdstip \( t_0 = n \tau \) vertrekt met snelheid c in alle richtingen vanaf een object A de n-de "informatiebel" \( \alpha_n \) die de massa \( \mathrm{m}_a \) van A en bovendien de vanaf \( t_0 \) door een punt op het oppervlak van de bel afgelegde afstand \( r_a(t) \) bevat. Stel nu dat de bel \( \alpha_n \) op het tijdstip \( t_1 \) een object B met massa \( \mathrm{m}_b \) bereikt. Dan is \( r_a = r_a(t_1) \) de afstand tussen de positie van A op \( t_0 \) en de positie van B op \( t_1 \), en is \( \vec{e}_{ba}(t_1) \) de eenheidsvector die van de positie van B op \( t_1 \) naar de positie van A op \( t_0 \) wijst. Informatie over waar A zich nu inmiddels op tijdstip \( t_1 \) bevindt heeft bel \( \alpha_n \) niet te bieden. Voor een semi-klassieke vertraagde gravitatie bestaande uit discrete krachtstootjes is het daarom logisch aan te nemen dat B op tijdstip \( t_1 \) gedurende een miniem tijdje \( \tau \) een loodrecht op het oppervlak van bol \( \alpha_n \) staand binnenwaarts gericht krachtstootje \( \vec{F}_b \cdot \tau \) ondervindt met: