Ik heb er niets over kunnen vinden op dit forum, althans niet expliciet. Het gaat mij om het fenomeen van machtsverdeling, en dan vooral gezien vanuit het perspectief van de deskundige. Laat mij iets illustreren.
Ik zelf ben redelijk betrokken geweest bij de ontwikkelingen in het Nederlandse onderwijsstelsel, ik heb geprobeerd het nieuws nauwlettend te volgen. Wat is namelijk het geval: het huidige Tweede Fase systeem is gefaald, en de huidige minister van Onderwijs Maria van der Hoeve is verantwoordelijk voor het overhoop gooien van het onderwijs. Een typisch probleem binnen een constitionele democratie zoals de onze dus.
Zo kwam ik op de website http://www.lievemaria.nl/ terecht, waar ik de onvrede las van een hele hoop bètastudenten over het wiskunde-onderwijs. Wiskunde wordt in steeds minder inhoudelijke mate gegeven op middelbare scholen, en daar hebben universitaire bètastudies natuurlijk last van. Je vraagt je af waarom dit überhaupt nodig is, waarom wordt er niet gewoon naar de klachten van deze toch belangrijke groep mensen wordt geluisterd.
Nog een ander voorbeeld: het liberaliseren van allerlei overheidstaken, waaronder de energiemarkt, de postbezorging en allerlei infrastructurele zaken als huizenbouw en de spoorwegen hebben tot allerlei problemen geleid (administratieve rompslomp, afzetterij, het verdwijnen van transparantie, etc.). Je vraagt je toch af of veel van dit soort bedrijven zich zo maatschappelijk betrokken voelen, dat ze liever naar de kwaliteit van hun diensten dan naar de financiële winst streven. Immers, geen winst, geen continuïteit. Had de overheid hier niet beter haar machtspositie kunnen behouden?
Mijn punt is eigenlijk iets groters, en daar kom ik nu op. Als ik zo naar het Nederlandse politieke systeem kijk, dan zit dat vol mensen die, neemt u mij vooral niet kwalijk, eigenlijk alleen 'rechten' gestudeerd hebben, en dus geen (ervarings)experts zijn op het gebied van energieopwekking/-distributie, postbezorging, onderwijs, zorgverlening, en noem alle andere maatschappelijke motieven maar op. Het zijn mensen die op bestuurlijke posities terecht zijn gekomen, omdat ze de kunst van het bedrijven van politiek hebben geleerd, omdat ze goed wetten kunnen maken. Je ziet zelden iemand die bijvoorbeeld natuurkunde studeerde, een functie in de Tweede Kamer vervullen. Is dat niet schandalig eigenlijk?
Want zoals ik al probeerde aan te geven, is het niet zo dat de mensen die er wél zitten, die macht hebben en over allerlei belangrijke zaken iets te zeggen mogen hebben, er eigenlijk totaal geen verstand van hebben? Is het niet zo, dat het huidige politieke systeem welliswaar deskundig advies toelaat (via allerlei onderzoekscommissies, planbureaus en adviesorganen), maar dat een politicus daar altijd op basis van zijn eigen "politieke overtuiging" daar een beslissing mee maakt? Is die "politieke overtuiging" eigenlijk wel relevant bij belangrijke zaken als onderwijs en zorg? Moeten we niet naar een politiek stelsel toe, waarin experts en wetenschappers, hoogleraren en professionals, het voor het zeggen krijgen, in de vormen van commissies, zodat gedaan wordt wat gedaan moet worden, zonder dat hier ook nog eens de (weer, neemt u mij niet kwalijk voor de scherpte van mijn vraag) onbelangrijke mening van de politicus overheen moet gaan?