Forumregels
(Middelbare) school-achtige vragen naar het forum "Huiswerk en Practica" a.u.b.
Zie eerst de Huiswerkbijsluiter
JoolzZ
Artikelen: 0
Berichten: 74
Lid geworden op: za 13 aug 2005, 15:05

Re: klopt deze zin wel?

ik hoop betere cijfers te gaan halen door hard te gaan werken.
ik hoop 'in de toekomst' betere cijfers te gaan halen door 'direct' hard te gaan werken.

2 tijdsaanduidingen erbij (grammaticaal gezien onbelangrijk), en de zin wordt een stuk helderder. Lijkt mij correct.
Gebruikersavatar
Veertje
Artikelen: 0
Berichten: 6.716
Lid geworden op: wo 08 dec 2004, 17:43

Re: klopt deze zin wel?

Ik hoop betere cijfers te gaan halen door hard te gaan werken.
aan het stukje "te gaan werken". gaan is hier een soort hulpwerkwoord, ondergeschikt aan werken. je haalt betere cijfers door te werken en niet door te gaan. vandaar dat ik het me afvroeg.
"Gaan werken" is hier een eenheid, het hoort bij elkaar.

Gaan is hier een hulpwerkwoord omdat het losstaand geen onderdeel van de zin uitmaakt, het is geen zelfstandig werkwoord in de genoemde zin. Het wordt gebruikt om aan te duiden dat iets in de toekomst zal plaatsvinden. Het betekent in de bovenstaande zin niet "zich verplaatsen". Dat zou het wel betekenen als het een zelfstandig werkwoord zou zijn.
Er dient op gewezen te worden, dat de vraag of een bepaald werkwoord een zelfstandig werkwoord of een hulpwerkwoord is, afhankelijk is van het gebruik in een zin. Het gaat dus niet om inherente eigenschappen van de betrokken werkwoorden. In de praktijk is het wel zo, dat verreweg de meeste Nederlandse werkwoorden alleen als zelfstandig werkwoord voorkomen. Van de groep werkwoorden die als groepsvormend werkwoord (c.q. hulpwerkwoord) gebruikt kunnen worden, kan het merendeel echter óók als zelfstandig werkwoord fungeren. Zo is in de volgende voorbeelden hetzelfde (gecursiveerde) werkwoord in de (a) -zin een groepsvormend werkwoord en in de (b) -zin een zelfstandig werkwoord:

.........

(13a)  Erika gaat een artikel lezen.  

(13b)  Erika gaat naar het buitenland. (= 'begeeft zich')  
Het (hulp)werkwoord gaan:
Bij het groepsvormend werkwoord gaan kunnen we twee hoofdtypen onderscheiden, die verschillen in het al dan niet aanwezig zijn van het betekeniselement 'zich verplaatsen'.  

[A]  Met de betekenis 'zich verplaatsen';  

    Gaan heeft de betekenis 'zich verplaatsen om te doen wat door de infinitief wordt uitgedrukt'. Voorbeelden zijn:  

(1)  Opa gaat een eindje wandelen in het park.  

(2)  Ik ga ervandoor, ik ga slapen.  

(3)  In verband met mijn nieuwe betrekking gaan we in Antwerpen wonen.  

In zinnen als deze wordt uitgedrukt dat de inhoud van het zelfstandig werkwoord pas gerealiseerd wordt na een verplaatsing. Behalve een verplaatsing geeft gaan + infinitief hier dus ook aan dat de (door de infinitief uitgedrukte) werking in de toekomst ligt.  

 Zonder de betekenis 'zich verplaatsen';  

    Hier tekenen zich twee subtypes af.  

[1]  Het eerste subtype omvat de gevallen waarin gaan de betekenis heeft '(geleidelijk) overgaan tot', 'beginnen te' (inchoatief aspect (zie  ); vergelijk ). Voorbeelden zijn:  

(4)  Allemaal klaar? Dan gaan we rijden!  

(5)  Pas na de rust ging hij echt voetballen.  

(6)  Ik heb een half uur in bed liggen lezen en toen ben ik gaan slapen.  

(7)  Ik voel de eerste druppels al: het gaat regenen.  

[8]  De wedstrijd gaat beginnen.  

In zinnen als deze wordt niet uitgedrukt dat er voor de realisering van de inhoud van het zelfstandig werkwoord een verplaatsing nodig is: om te rijden (zin (4)), te voetballen (zin (5)) en te slapen (zin (6)) hoeven de met het onderwerp aangeduide personen niet ergens anders heen te gaan (vergelijk zin (6) met zin (2)).  

    De betekenis '(geleidelijk) overgaan tot', 'beginnen te' impliceert wel dat de door de infinitief uitgedrukte werking zich vanaf een bepaald punt in een daarachter gelegen tijdsruimte uitstrekt. Is dat punt het spreekmoment, dan is die tijdsruimte de toekomst en heeft gaan + infinitief dus ook futurale betekenis (zie de zinnen (4) en [8]). Opmerking 1  De combinaties gaan zitten/staan/liggen ('in zittende/staande/liggende houding komen') zijn als een bijzonder geval van dit betekenistype te beschouwen.    

[2]  Het tweede subtype omvat de gevallen waarin gaan geen 'overgangsbetekenis' heeft zoals bedoeld onder [1] (en evenmin de verplaatsingsbetekenis van type [a ]), maar alleen aanduidt dat de (door de infinitief) uitgedrukte werking in de toekomst ligt, welke functie ook vervuld kan worden door het presens en het futurum.


Lees verder hierover op:

http://oase.uci.kun.nl/~ans/e-ans/18/05/04...03/03/body.html

Met andere woorden, jouw zin kan ook zijn: Ik hoop betere cijfers te halen door hard te gaan werken. De tweede "gaan" zou ik niet weglaten, omdat anders niet meer duidelijk is dat het om de toekomst gaat. "Ik hoop betere cijfers te halen door hard te werken" zou je ook kunnen antwoorden als je nu op je kamer zit en je moeder vraagt waarom je nog zo laat bezig bent. Als je echt in de toekomst van plan bent om hard te gaan werken, dan is "gaan" volgens mij onmisbaar als je echt duidelijk wilt zijn.
I am not young enough to know everything - Oscar Wilde

Terug naar “Taalkunde”