Ik geraak maar niet uit een vraagstuk van een huistaak.Het vraagstuk moet opgelost worden met een stelsel.
Toen Kasper in het ziekenhuis lag,kreeg hij een fruitmand met appelen,peren en sinaasappelen. Toen moeder op bezoek kwam, zei ze "Ik neem een vierde van de appelen mee,een derde van de peren en de helft van de sinaasappelen." Toen ze de kamer verliet,waren er nog 24 vruchten in de fruitmand. Even later kwam zus Laura en zei " ik neem een derde van de appelen,de helft van de peren en een vieerde van de sinasappelen mee." Toen laura de kamer verliet telde de mand nog 15 vruchten.
Broer Jonas kwam ook nog op bezoek en at ondertussen één peer en 2 sinaasappelen. Toen hij vertrok waren er evenveel appels als peren als sinaasappels Hoe zag de oorspronkelijke mand eruit?
x=>appelen y=>peren z=>sinaasappels
x+y+z-1/4x-1/3y-1/2z=24
3/4x+2/3y+1/2z=24
3/4x+2/3y+1/2z-1/3x-1/2y-1/4z=15
5/12x+1/6y+1/4z=15
5/12x+1/6y+1/4z-??
Ik kom er maar nie top wat de laatste uitwerking moet zijn..
Sofie