... 'zussen', dus dan zijn er 3 of meer kandidaten om mee te testen.
Hopelijk zijn het er meer, want de kans op uitsluitsel verhoogt dramatisch met het aantal deelnemende kinderen.
Maar dat ze niet van dezelfde vader zijn, kun je dus pas vaststellen als je op tenminste 1 marker tenmiste 5 verschillende allelen vaststelt. Nu weet ik niet precies hoe die test werkt: wat zijn de mogelijkheden per marker? Moet ik dan denken aan 4, 50 of wel 1000 verschillende?
Het zijn er gemiddeld een 10-tal, niet allemaal even frekwent voorkomend. Voor sommige merkers vermeldt men in de literatuur tot 30 allelelengtes. Het is evident dat die dan met zeer lage waarschijnlijkheid voorkomen. De hoogste rel. frekwentie voor de merker TPOX is 0.54, meestal zijn de hoogste rel.frekwenties voor een merker rond 0.2-0.3 of (soms veel) lager.
A priori zullen de zussen (EN de ouders) met hoge kans meer voorkomende merkervarianten hebben (die dus toevallig dezelfde kunnen zijn) en de kans dat er (bij meerdere vaders) 5 of meer verschillende allelelengtes bij een merker voorkomen is dus gering. Maar er is niks a priori aan: het is maar met de kennis van het zussenDNA dat men kan verdergaan en a.d.h. van de werkelijke DNA-profielen uitsluitsels vinden. Je moet gewoon "geluk" hebben. En je hebt met 15 DNA-merkers 15 verschillende karakteristieken waarvoor uitsluitsel kan bekomen worden. Spijtig genoeg kan je op die manier nooit "zelfde vader" bewijzen, alleen maar "verschillende vader".