VeertjeNatuurlijk snappen we wel de onderliggende gedachte dat er meisjes (of jongens) zijn die vanuit hun cultureel religieuze achtergrond geen andere keus hebben dan het dragen van bepaalde kleding. Voor hen is het dragen van dergelijke kleding een onoverkomenlijk gegeven, er is geen gewoon geen sprake van een keus. Deze mensen bevinden zich dan automatisch in een bepaalde positie, die het in sommige gevallen moeilijker maakt om een opleiding te kunnen volgen, een baan te kunnen vinden etc. etc. De vraag blijft of je als overheid van een bepaald land, met een bepaalde cultuur, daar rekening mee moet houden. In eerste instantie zou ik zeggen ja, maar een onderscheid tussen religieuze/culturele dwang en vrije keuze m.b.t. het eigen uiterlijk vind ik zelf hoe dan ook, moeilijk te verantwoorden.
Moeilijk
Hoe meer je gaat opleggen dat er bijvoorbeeld geen hoofddoekjes mogen worden gedragen hoe meer ze het juist wel gaan doen uit protest.
Ik voel er zelf wat voor dat we ons er niet mee bemoeien hoe ze privé gekleed gaan maar wel voorschriften hanteren voor op school en werk, dit in de mate van het redelijke. Een hoofddoekje vind ik zelf kunnen (ik ben er geen fan van maar dat is niet relevant), daar waar bijvoorbeeld petten aanvaardt worden. Als je in een klas geen pet mag opzetten, waarom dan wel een hoofddoekje? Dat is weer het afwegen van discriminatie tov vrijheid van religie. Hierbij is mijn argument dat de hoofddoekjes, burka's enz. geen onderdeel zijn van de religie maar enkel een gewoonte is die toevallig zijn ontstaan in samenlevingen waar die religie dominant was, onafhankelijk van de religie zelf (ik herhaal nog een keer dat in de moderne islamitische landen eveneens een burka not-done is). Daarom vind ik dus dat hoofddoekjes mogen worden verboden in die functies waar petten worden verboden.
Wat ze op straat dragen dat mogen ze van mij zelf weten.
Ik voel me zeer ongemakkelijk wanneer ik op straat iemand in een Burka zie wandelen en ik kan er geen sympathie voor opbrengen maar ik zal niemand verbieden het te doen. Zoals die oud-politicus het zo mooi zei: 'ik ben het niet met je eens maar ik zal tot aan mijn dood jouw recht verdedigen om dit te vinden.'
De beste manier om deze meisjes te helpen is volgens mij door hen te helpen goed onderwijs te volgen en volledig te participeren in de 'normale' activiteiten; voor jongens bijvoorbeeld gewoon lid zijn van een voetbalclub. Dan zullen ze vanzelf mee gaan draaien in onze maatschappij en langzaam maar zeker kunnen we dan van elkaar leren.