Moderators: ArcherBarry, Fuzzwood
Op wie reageer je hier? Oppervlakte is lengte maal breedte.Maar waarom moet de hoogte in het kwadraat. Als je de oppervlakte berekent is dat toch gewoon lengte × breedte, niet lengte² × breedte
Dat is omdat de druk toeneemt met de diepte. Als de druk niet zou toenemen met de diepte en gewoon een constante zou zijn, dan is de kracht simpelweg druk maal oppervlakte ofwel druk maal hoogte maal breedte. In werkelijkheid neemt de druk wel toe met de diepte (lineair). Vandaar dat kwadraat.remon schreef:\(F=\frac{1}{2} b \rho g h^2\)Hier staat hoogte in kwadraat, maar dit vind ik een beetje raar. Waarom moet dat in het kwadraat?
Ik hoop dat je ook weet dat je heerlijk warrig bezig bent, in plaats van systematisch en logisch (wat de enige methode is om zoiets tot een goed einde te brengen).Ik zie t al. Bedankt voor de hulp, ik weet nu alles.
Zou je dit formuletje even kunnen toelichten? Hoe ben je hierop gekomen?Brinx schreef:Nog een formuletje:
\(F = b \left( h_{2} (h_{1} - h_{2}) \rho g + \frac{(h_{1} - h_{2})^2 \cdot \rho g}{2} \right) \)waarin F de kracht op de sluisdeur is, b de breedte van de deur, \(h_1\) het hoge waterniveau is, \(h_2\) het lage waterniveau is, \(\rho\) de dichtheid van water en g de valversnelling.
Eerst de linkerterm binnen de haken: hier wordt de oppervlakte van het gedeelte van de sluisdeur dat zich beneden beide waterniveaus bevindt behandeld (met oppervlakte \(b \cdot h_{2}\)). Over dit hele oppervlak staat een constant drukverschil van \((h_{1} - h_{2}) \rho g\), en het oppervlak en het drukverschil worden met elkaar vermenigvuldigd om de eerste term te verkrijgen. De tweede term binnen de haken is de kracht op het bovenste gedeelte van de sluisdeur: niveau \(h_{1}\) is per slot van rekening hoger dan niveau \(h_{2}\). Dit hoogteverschil maal de breedte van de deur (oppervlakte \(b \cdot (h_{1} - h_{2})\)) vermenigvuldigd met de gemiddelde druk over dit gedeelte (\((h_{1} - h_{2}) \rho g / 2\)) geeft de tweede term.Brinx schreef:\(F = b \left( h_{2} (h_{1} - h_{2}) \rho g + \frac{(h_{1} - h_{2})^2 \cdot \rho g}{2} \right) \)waarin F de kracht op de sluisdeur is, b de breedte van de deur, \(h_1\) het hoge waterniveau is, \(h_2\) het lage waterniveau is, \(\rho\) de dichtheid van water en g de valversnelling.
Wie zegt dat dit fout is? De schets is volgens mij goed.oktagon schreef:Na bijna een maand gefilosofeer over die sluisdeuren vraag ik me af wat er fout zou zijn aan de eerder door mij veronderstelde oplossing(en);ik herhaal ze maar via weer dezelfde tekening!
Ik zou graag horen wat er fout aan is.
Met mijn ervaring uit de cursus rivieren-kanalen en sluizen:remon schreef:Met NL&T behandelen we nu kracht en druk, en we hebben hier een paar vragen over gekregen. Alleen snapt niemand het. Hieronder staat de opdracht:
Het doel van de opdracht is:We hebben geleerd dat 1kg gelijk is aan 1N, p = F / A en hoe je een kracht moet ontbinden in een horizontale en verticale kracht.
1. De krachten die op de scharnieren van de sluisdeuren werken te berekenen.
2. Met de berekende waarden gaan we kijken wat de invloed is van de hoek die de gesloten deuren maken met de zijkant op de krachten op de scharnieren
We gaan dit in stappen doen.
De stappen zijn:
1. Het berekenen van de druk op de sluisdeuren,
1a. Druk op de bodem van de sluis berekenen,
1b. Verloopt de druk lineair naar het wateroppervlak?
2. Druk op één deur uitrekenen,
3. Gemiddelde kracht bepalen op deur,
4. Kracht ontbinden,
5. Hoek variëren.