Al jaren erger ik me blauw aan een taalfenomeen op de VRT dat ik als fout ervaar. Het gaat namelijk om de klemtoon in samenstellingen. De VRT wil ons laten geloven dat we stadHUIS, burgeMEESter, werkLOzen, weigerACHtig moeten zeggen. Hier krijg ik echt uitslag van, dat klinkt me zó ontzettend gekunsteld in de oren. Iemand die een beetje gevoel voor taal heeft voelt toch aan dat STADhuis, BURgemeester, WERKlozen, WEIgerachtig, enz. veel logischer is? Het is immers het eerste, specificiërende taal van de samenstelling dat beklemtoond wordt. Bijvoorbeeld: WELK boek? Een WOORdenboek! WELKE boom? Een APpelboom! Huis van WAT? STADhuis! Meester van wat? BURgemeester! Mensen zondar WAT? WERKlozen! WAT-achtig? WEIgerachtig! Er is absoluut geen reden om hier uitzonderingen op te fantaseren!
We zeggen bv. toch ook niet rijHUIS, godsHUIS, leerMEESTER, badMEESTER, dakLOZEN, enz.? Waarom zouden we dan in godsnaam in die andere woorden de klemtoon wel op het tweede deel moeten leggen?
Nu wil ik toch wel eens weten: welke idioot heeft die belachelijke regels bedacht en vooral, waarom? Terwijl het tegen alle logica en intuïtie ingaat, en volgens mij vrijwel niemand dit van nature doet!