Excuses voor de verlate reactie. Omdat ik een goede reactie wilde geven, duurde het wat langer waarna ik de boel uit het oog ben verloren. Nu ik alles eens aan terugkijken was, kwam ik dit weer tegen. Beter laat dan nooit.
De uitspraken zijn niet bedoeld als paradox en zijn dat denk ik ook niet. De uitspraak 'ik hoor kleuren' is een
synesthesie oftewel een metaforische beeldspraak.
Over de tweede uitspraak begrijp ik dat er discussie is omtrent de interpretatie welke afhankelijk is van de definitie van de afzonderlijke begrippen. Inderdaad dus semantische verschillen. De mogelijkheden van beide begrippen liggen in de oorzaak dat beide zeer flexibel zijn en een open structuur hebben. Dit is echter niet zozeer een probleem van wetenschap of geloof, maar van de relfexieve toepasbaarheid welke zonder concrete invulling een tautologie is.
Ten slotte de eerste uitspraak. Dit lijkt me een empirische uitspraak bij uitstek. En toch wordt er een beroep gedaan op het geloof. Niet alleen door de afwezigheid van de mogelijkheid herhaald uitspraken te doen over het waargenomen fenomeen God, maar ook naar de verwijzing naar het zelfreferentiele begrip God.
Wat alle voorbeelden gemeen hebben is dat ze vanuit een bepaald standpunt genomen irrationeel zijn, maar er ook altijd een standpunt is in te nemen waarvanuit zij juist rationeel zijn. Er zijn dus wel object-subject verhoudingen die een beetje irrationeel zijn, maar bv door common sense, door taalkundige tekortkomingen, bijzondere omstandigheden of kunstingrepen toch rationeel en begrijpbaar worden.
Als ik de vraag mag herformuleren: kunnen wij het ongrijpbare begrijpen? Kunnen wij met iets en niets samenvoegen tot een samenhangend geheel?