Dat klopt. Om het wat verder uit te spitten: gebarentaal is een volwaardige taal zoals Nederlands, Engels, ... maar dan met gebaren i.p.v. spraak. De universele kenmerken van taal (Bron:
Psychologische functieleer II: Taal en hogere cognitie, Prof. Dr. A. Vandierendonck):
- betekenisoverdracht
- willekeurigheid: geen inherente relatie tussen teken en wat het betekent
- flexibiliteit: doordat de symbolen vokomen arbitrair zijn, kunnen we ze vervangen door andere (zie bijvoorbeeld betekenisverschuivingen)
- benoembaarheid: dankzij 2 en 3 kan alles een naam krijgen
- productiviteit: dankzij 4 kan met een klein aantal elementen een quasi-oneindig aantal betekenissen worden uitgedrukt
- ongebondenheid van taaluitingen aan tijd of plaats
Gebarentaal heeft al die kenmerken. Lichaamstaal niet.
Paul Watzlawick stelde 5 communicatie-axioma's op (zie
wiki). Zoals je kunt lezen, is gebarentaal "digitaal", terwijl lichaamstaal "analoog" is. Het onderscheid volgens de communicatie-axioma's verschilt van dat van de psychologische functieleer hierboven omdat elk gebaar waarvan de betekenis vastligt bij conventie (zoals bijvoorbeeld een opgestoken middelvinger) "digitaal" is. Zie ook Axioma IV: "De digitale communicatie is gericht op de inhoud en de analoge communicatie zegt meer over de betrekking/relatie. Deze twee moeten bij succesvolle communicatie overeenstemmen met elkaar." Net zoals bij gewone taal, kan bij gebarentaal de lichaamstaal incongruent zijn aan wat gezegd/gebaard wordt.