Skipito
Artikelen: 0
Berichten: 67
Lid geworden op: wo 21 okt 2009, 22:06

Krachten tijdens het fietsen

Beste,

Ik heb een vraag..

Fiets(er): [] (als een blok getekend)

Kracht (vector: <--- of --->

1. Als een fietser wegspurt uit stilstand (naar links), hoe zitten de krachten dan in elkaar?

Ik heb dit:

<-------[]---->

Links, is het groter dan rechts, omdat hij ''versnelt''.

Dit snap ik. Maar dit snap ik niet:

2. Als een fietser met constante snelheid fietst.

Ik dacht dat het dit moet zijn:

<------[]------>

(gelijk)

Maar aan de andere kant, denk ik, als het dat echt is, zou die stil moeten staan..

Alleen snap ik niet echt waarom..

Ik weet dat het goede antwoord..

<------[]---->

(links niet zoveel groter moet zijn als rechts)
rflx90
Artikelen: 0
Berichten: 9
Lid geworden op: di 04 dec 2007, 14:03

Re: Krachten tijdens het fietsen

Hoi,

Wanneer je op een constante snelheid wil komen, zul je eerst moeten versnellen. Hierbij werkt er dus een Fres naar links in jouw geval <----[]->. Vervolgens heb je een constante snelheid, waarbij de kracht die jij levert gelijk is aan de wrijvingskracht, anders zou je of vertragen of weer versnellen. Ik snap dat jij dan het gevoel hebt dat bij gelijke vectoen in tegengestelde richtingen het voorwerp v = 0 heeft, maar het gaat over de situatie die daarvoor heeft plaatsgevonden, namelijk hij heeft eerst moeten versnellen op om een constante snelheid te komen. Ik hoop dat hiermee je vraag beantwoord is!

Gr, rflx90
Skipito
Artikelen: 0
Berichten: 67
Lid geworden op: wo 21 okt 2009, 22:06

Re: Krachten tijdens het fietsen

rflx90 schreef:Hoi,

Wanneer je op een constante snelheid wil komen, zul je eerst moeten versnellen. Hierbij werkt er dus een Fres naar links in jouw geval <----[]->. Vervolgens heb je een constante snelheid, waarbij de kracht die jij levert gelijk is aan de wrijvingskracht, anders zou je of vertragen of weer versnellen. Ik snap dat jij dan het gevoel hebt dat bij gelijke vectoen in tegengestelde richtingen het voorwerp v = 0 heeft, maar het gaat over de situatie die daarvoor heeft plaatsgevonden, namelijk hij heeft eerst moeten versnellen op om een constante snelheid te komen. Ik hoop dat hiermee je vraag beantwoord is!

Gr, rflx90
Beste,

Hartelijk bedankt. Ik snap het. Ik wist wel dat het gelijk moest zijn, maar het antwoordboekje had dit dus fout. xD

Mag ik nog 1 klein vraagje stellen?

3. Een fietser die met dezelfde constante snelheid fietst, maar nu met extra wind tegen.

(de fietser fietst naar links)

Best een rare vraag, aangezien ze niet zeggen of de fietser gewoon langzamer gaat...

Als die langzamer gaat zou het dit zijn:

<-----[]-------->

Stel dat het gelijk blijft, dan zou het zo zijn: <---[]--->

Neem ik aan? :eusa_whistle:
FredQ
Artikelen: 0
Berichten: 33
Lid geworden op: zo 27 dec 2009, 17:42

Re: Krachten tijdens het fietsen

Wat je eerst hebt getekend (dus: <---[]--------->) is in het geval de fietser aan het vertragen is (versnelling naar rechts, wat dus inhoudt dat de fietser steeds trager en trager gaat). Dus dat is geen correct antwoord op jouw vraag: "Een fietser die met dezelfde constante snelheid fietst, maar nu met extra wind tegen."

Als de snelheid een constante is mag er geen resulterende kracht in die richting zijn. Dus gevolg: de fietser moet harder bijduwen als hij dezelfde snelheid wil behouden. (constante snelheid: <---------[]--------->)
matzo
Artikelen: 0
Berichten: 3
Lid geworden op: di 12 jan 2010, 13:44

Re: Krachten tijdens het fietsen

Alles wat je nodig hebt zit in de bekende formule 'F = m*a'. Dit is dan wel een vectoriële wet. Met andere woorden, de vectoriële som van al de inwerkende krachten is direct gerelateerd via de massa, aan de versnelling die een voorwerp ondervindt.

1. Een fietser die steeds sneller 'naar links' beweegt, moet dus een resulterende kracht hebben naar links. De pijltjes naar links moeten samen opgeteld dus groter zijn dan alle pijltjes naar rechts.

2. Een fietser die met constante snelheid rijdt, heeft een versnelling a = 0. Met andere woorden moet ook de resulterende kracht F gelijk zijn aan nul. De som van alle vectoren moet dus zo zijn dat alles tegen elkaar wegvalt. Links is dus even groot als rechts.

3. Er is weer een constante snelheid, en dus moet links en rechts de pijl even lang zijn. De pijl naar rechts wordt echter langer, door de extra wind, en de pijl naar links moet dus óók langer worden door aan een hogere frequentie te trappen.

Een mogelijk antwoord is dus:

1. <----[]->

2. <----[]---->

3. <------[]------>

Terug naar “Klassieke mechanica”