Dit is volgens mij een lastige vraag. Dit komt omdat met de term flux niet altijd hetzelfde bedoel wordt. Binnen de elektrotechniek wordt volgens mij met flux het volgende bedoeld: de hoeveelheid iets dat door een bepaald oppervlak gaat per tijdseenheid. Dit iets kan van alles zijn (lading, energie, kabouters, enz.). Er bestaat dan ook nog zoiets als de flux density (flux dichtheid). Dit is de hoeveelheid iets per oppervlakte-eenheid per tijdseenheid. Dit laatste wordt ook wel eens de flux genoemd (maar volgens mij dus niet binnen de elektrotechniek).
Stel je voor dat je een doorsnede van een koperdraad hebt (= een oppervlak) en je kijkt op een bepaald tijdstip hoeveel lading daar doorheen stroomt. Dit zou dan de lading flux zijn (beter bekend als de stroom). Dit is een concreet voorbeeld van een flux. Bij dit voorbeeld is het niet zo lastig om je in te beelden wat de flux voorstelt.
Het probleem is dat je flux kunt gebruiken om wat je ook maar wilt uit te drukken. Als je bijvoorbeeld naar de eenheden van jouw integraal kijkt dan zul je zien dat het de hoeveelheid van iets is dat als eenheid J*s/A heeft. Ik kan mij hier niet zoveel bij voorstellen. Ik kan echter wel zien dat het klopt met wat ik al weet. Voor een inductantie geldt:
\(V(t) = L \frac{di(t)}{dt}\)
\(\int_{-\infty}^{t} V(\tau) d\tau = \int_{-\infty}^{t} L \frac{di(\tau)}{d\tau} d\tau = L \int_{i(-\infty)}^{i(t)} di = L (i(t) - i(-\infty)) \rightarrow L = \frac{\int_{-\infty}^{t} V(\tau) d\tau}{i(t) - i(-\infty)}\)
met de veronderstelling dat de stroom begon op 0:
\(L = \frac{\int_{-\infty}^{t} V(\tau) d\tau}{i(t)}\)