Het volgende stuk text komt uit: De module Kwantumstructuur van de materie voor 6 VWO op link www.jcunieuws.files.wordpress.com/2010/05/reader_kwantum_cert.pdf
Een elektron zwerft door het heelal. Laat het afkomstig zijn van ergens ver weg: van de zon, of een andere ster, of misschien losgeslagen uit een waterstofatoom in een interstellaire wolk. Zolang het elektron niets tegenkomt gedraagt het zich gedurende de reis door het wereldruim volgens het golfmodel. Als deze golf iets tegenkomt, de aarde bijvoorbeeld, kunnen er verschillende dingen gebeuren. De kans is groot dat er niets gebeurt. De amplitudo is overal klein omdat de golf verdeeld is over een enorme ruimte en het grootste deel van de golf gaat ruimschoots langs de aarde. Achter de aarde is een schaduw, daar waar de golf niet kan komen en aan de rand van de schaduw verandert de vorm van de golf een beetje omdat er buiging plaatsvindt, net als bij oceaangolven die een eilandje tegenkomen en er omheen buigen. Maar voor de rest heeft de aarde weinig invloed.
Er is echter ook een kans dat het elektron een reactie aangaat met een object op de aarde, bijvoorbeeld een atoom in de atmosfeer. De kans op een dergelijke gebeurtenis is evenredig met het kwadraat van de amplitudo die de golf in de buurt van de aarde heeft en met de oppervlakte van de aarde. Indien er een reactie plaatsvindt, vindt er een reductie van het golfpakket plaats. De uitgebreide elektrongolf die zich over een enorm gebied uitstrekte, is nu weg en in plaats daarvan is het elektron gelokaliseerd in het atoom. Het heeft dus opeens een welbepaalde plaats. De reductie van het golfpakket is een zeer ongolfachtige gebeurtenis en dat het elektron nu een welbepaalde plaats heeft is voor ons een teken van deeltjesgedrag.
Dit wil niet zeggen dat het elektron nu inderdaad echt als deeltje beschouwd kan worden. In feite wordt het elektron, direct nadat het is ingevangen, wederom beschreven als golf maar nu als een staande golf die heel sterk gelokaliseerd is binnen het gebiedje rond de atoomkern. In vergelijking met de oorspronkelijke schaal van miljarden kilometers heeft het elektron dus een zeer welbepaalde plaats maar als je kijkt op een schaal van tienden van nanometers dan is de plaats van het elektron binnen het atoom nog steeds onbepaald. Je zou dus kunnen zeggen dat het elektron zich nu wel veel meer gedraagt als deeltje maar nooit echt helemaal precies.
Mijn vraag: Hoe kan de golfvorm veranderen (om de aarde heen buigen) terwijl het elektron door kan reizen alsof er niets in zijn baan was gekomen. De afbuiging wijst toch op een of andere interactie?