Hallo,
Ik heb een vraag over de regel van Pauling betreffende oxozuren.
Kz HIO < HBrO < HClO
Hoe elektronegatiever het centrale atoom X is (in dit geval dus I, Br / Cl), hoe kleiner de elektronendichtheid rond het atoom O. Een zuurstofatoom met een geringere elektronendichtheid trekt het bindende elektronenpaar van O-H sterker aan.
Nou is mijn vraag 1: Waarom is dit? Waarom zou O het elektronenpaar van O-H sterker aantrekken als deze zelf een kleinere elektronendichtheid heeft?
Kz HClO < HClO2 < HClO3 < HClO4
Door de grote elektronegativiteit trekken zuurstofatomen elektronen weg van Cl.
Vraag 2: Maar wat hebben die overige zuurstofgroepen ermee te maken? Ze zuigen de elektronen weg van het centrale Cl-atoom maar wat heeft dit te maken met de polariteit van de O-H binding? Want wat dus gegeven is, is dat "Een zuurstofatoom met een geringere elektronendichtheid trekt het bindende elektronenpaar van O-H sterker aan." (dit snap ik dus al niet).
Dus het O atoom waar een H aan verbonden zit zou dus in mijn ogen een zo klein mogelijke elektronendichtheid moeten hebben. Wil dit zeggen dat het O atoom van de OH binding in HClO4 een kleinere elektronendichtheid bevat dan de O in HClO ? En hoe komt dit dat? Het heeft denk ik te maken met inductieve effecten.