Modelopgaven wiskunde voor toelatingsproef arts-tandarts

[Drieske]

(Herkomst: toelatingsexamen augustus 2009)

97) Men beschikt over twee oplossingen. Oplossing A heeft een concentratie van 15% en oplossing B heeft een concentratie van 30%. Men wil 30 cl maken met een concentratie van 20% door de twee oplossingen met elkaar te mengen. Hoeveel van oplossing B heeft men daarvoor nodig?

1. 20 cl
2. 10 cl
3. 7,50 cl
4. 3,33 cl

Verborgen inhoud

Antwoord B.

Stel een vraag over deze oefening.

[Drieske]

(Herkomst: toelatingsexamen augustus 2009)

98) Massa A is omgekeerd evenredig met massa B. Massa A is oorpronkelijk 10 mg en massa B is oorspronkelijk 15 mg. Massa A neemt nu toe tot 12,5 mg, hoeveel zal massa B dan uiteindelijk bedragen?

1. 18,75 mg
2. 12,5 mg
3. 12,0 mg
4. 11,25 mg

Verborgen inhoud

Antwoord C.

Stel een vraag over deze oefening.

[Drieske]

(Herkomst: toelatingsexamen augustus 2009)

99) We beschouwen twee functies:

\(y_1 = x^2 + 1\)

\(y_2 = 2x^2\)

Hoeveel bedraagt de oppervlakte die begrensd wordt door deze twee functies?

1. 2/3
2. 4/3
3. 5/3
4. 2

[/i]

Verborgen inhoud

Antwoord B.

Stel een vraag over deze oefening.

[Drieske]

(Herkomst: toelatingsexamen augustus 2009)

100) Gegeven is een rationale functie:

\(y = \frac{1 - x^2}{(x - 2)^2}.\)

Welke informatie over extrema, buigpunten en asymptoten is geldig voor deze functie?

1. Deze functie heeft een verticale en een horizontale asymptoot, een minimum voor
   \(x=\frac{1}{2}\)
   en een buigpunt voor
   \(x = -\frac{1}{4}.\)
2. Deze functie heeft alleen een verticale asymptoot, een minimum voor
   \(x=\frac{1}{2}\)
   en meer dan 1 buigpunten.
3. Deze functie heeft een verticale en een horizontale asymptoot, een maximum voor
   \(x=\frac{1}{2}\)
   en meer dan 1 buigpunten.
4. Geen van de bovenstaande drie mogelijkheden is correct.

[/b][/i]

Verborgen inhoud

Antwoord A.

Stel een vraag over deze oefening.

[Drieske]

(Herkomst: toelatingsexamen juli 2010)

101) Wat is de oppervlakte tussen de grafieken van

\(e^{2x}\)

,

\(e^{-2x}\)

en de rechte

\(x = -2?\)

1. \(\frac{e^{-4}+ e^{4}}{2} - 1\)
2. \(\frac{e^{-4} - e^{4}}{2} - 1\)
3. \(\frac{e^{-4}+ e^{4}}{2} + 1\)
4. \(\frac{e^{4}- e^{-4}}{2} - 1\)

[/b][/i]

Verborgen inhoud

Antwoord A.

Stel een vraag over deze oefening.

[Drieske]

(Herkomst: toelatingsexamen juli 2010)

102) Gegeven de functie

\(f(x) = 9^{-x}\)

, wat is de waarde van

\(\frac{f\left(x - \frac{1}{2}\right) - f\left(x + \frac{1}{2}\right)}{f(x + 1) - f(x - 1)}?\)

1. 1/30
2. 1/3
3. -3/10
4. 3/4

[/i]

Verborgen inhoud

Antwoord C.

Stel een vraag over deze oefening.

[Drieske]

(Herkomst: toelatingsexamen juli 2010)

103) Gegeven is de vergelijking

\(\sin^2\left(x - \frac{\pi}{3}\right) = 1.\)

Hoeveel oplossingen zijn er tussen 0 en 180°?

1. 0
2. 1
3. 2
4. 3

[/i]

Verborgen inhoud

Antwoord B.

Stel een vraag over deze oefening.

[Drieske]

(Herkomst: toelatingsexamen juli 2010)

104) Beschouw volgende vergelijking van een cirkel:

\(a x^2 + a y^2 + b x + c y = 6.\)

Gegeven is dat A(0,3), B(-1,0) en C(3,-3) op de cirkel liggen. Welke van volgende uitspraken klopt?

1. a = -1
2. b = -5
3. c = 1
4. c = 5

[/i]

Verborgen inhoud

Antwoord B.

Stel een vraag over deze oefening.

[Drieske]

(Herkomst: toelatingsexamen juli 2010)

105) Je hebt 8 mannen en 10 vrouwen. Je wilt een jury vormen van 12 leden. Maar je wilt in de jury wel meer mannen dan vrouwen hebben. Hoeveel unieke combinaties kan je vormen?

1. 2016
2. 2226
3. 3696
4. 5202

Verborgen inhoud

Antwoord B.

Stel een vraag over deze oefening.

[Drieske]

(Herkomst: toelatingsexamen juli 2010)

107) Wat is de primitieve van

\((\sin(2x))^2?\)

1. \(\frac{1}{6}(\sin(2x))^3 + C\)
2. \(\frac{1}{2}x - \frac{1}{8}\sin(4x) + C\)
3. \(\frac{1}{2}x + \frac{1}{8}\sin(4x) + C\)
4. \(\frac{1}{2}x - \frac{1}{8}\cos(4x) + C\)

[/b][/i]

Verborgen inhoud

Antwoord B.

Stel een vraag over deze oefening.

[Drieske]

(Herkomst: toelatingsexamen juli 2010)

108) Uit een onderzoek naar hart- en vaatziekten, blijkt dat 85% van de mensen niet-roker is. Bovendien heeft 18% van de mensen een bepaalde hart- en vaatziekte; 50% hiervan is roker. Hoeveel procent van de rokers heeft de ziekte?

1. 6%
2. 9%
3. 60%
4. 90%

Verborgen inhoud

Antwoord C.

Stel een vraag over deze oefening.

[Drieske]

(Herkomst: toelatingsexamen juli 2010)

109) Als

\(x^3 + a x^2 + b x + 8\)

deelbaar is door

\(x^2 + 4x + 4\)

, wat is dan

\(a + b?\)

1. 6
2. 12
3. 18
4. 24

[/i]

Verborgen inhoud

Antwoord C.

Stel een vraag over deze oefening.

[Drieske]

(Herkomst: toelatingsexamen juli 2010)

110) Beschouw de rationale veelterm

\(y = \frac{x^2 - 4x + 4}{(x + 2)^2}.\)

Dan heeft deze veelterm

1. een relatief minimum.
2. een relatief maximum.
3. een relatief maximum én minimum.
4. geen relatief extremum.

[/i]

Verborgen inhoud

Antwoord A.

Stel een vraag over deze oefening.

[Drieske]

(Herkomst: toelatingsexamen augustus 2010)

111) Gegeven is volgende figuur:

Wat is de oppervlakte van deze cirkel?

1. \(\pi\)
2. \(\frac{3 \pi}{2}\)
3. \(2 \pi\)
4. \(\frac{5 \pi}{2}\)

[/b][/i]

Verborgen inhoud

Antwoord B.

Stel een vraag over deze oefening.

[Drieske]

(Herkomst: toelatingsexamen augustus 2010)

112) Er zijn 51 leerlingen, verdeeld over 2 klassen. In klas A zitten twee keer zo veel leerlingen als in klas B. In elke klas zitten 7 leerlingen met blauwe ogen, de anderen hebben bruine ogen. Als er iemand met bruine ogen bij de directeur geroepen wordt, hoe groot is dan de kans dat deze leerling uit klas A komt?

1. 17/37
2. 17/34
3. 27/37
4. 37/51

Verborgen inhoud

Antwoord C.

Stel een vraag over deze oefening.