Ik heb de vier voorwaarden opgesteld(ik heb geleerd 2 aan elke rand. zijn dit de juiste randvoorwaarden? ik snap nog niet echt goed welke je precies gebruikt en of je ze ook bijvoorbeeld bij een oplegging die in het midden ligt op mag opstellen niet alleen in de randen.
inklemming is altijd, w=0 en phi=0. oplegging bevat altijd ook w=0, dit geldt echter niet voor de open einde neem ik aan. dus twijfelde of ik de randvoorwaarde niet voor x=6.5 moest opstellen.
-----
de eerste drie regels van de code zijn standaard voor elke buiging, gewoon het definieerden van de differentiaal vergelijking. Heb ik de x coördinaten juist gekozen zo of moet de 2e randvoorwaarden zitten op x=6.5?
Voor de voorwaarde M1=-T heb ik het moment genomen door de q-last t.o.v. het open einde. dus 17x3=51, 51x1.5=76.5. dit moment is gelijk voor zowel de oplegging als de openeinde.(beiden op 1.5 afstand vanaf de resultaten van de q-last)
ik weet echter dat er iets niet klopt omdat de vraag luidt, waar zit de maximale buiging, ik ben dus de functie uit maple gedifferentieerd en gelijkgesteld aan 0, en dit geeft een andere x dan de opdracht. welke moet zijn x=4.33
nog even voor de genen waarbij het weggezakt is. dit de standaard diffrentiaal vergelijking met de 4 intgr.constante voor buiging, de code ervoor is hierboven te zien maar zonder de vergelijking te laten zien, dus hier nog even:
DUS
wat heb ik hier fout gekozen, de x waar ik de randvw voor moet opstellen? Het moment T? de randvoorwaardes zelfs?
gelieve ook wat tips/systematiek voor het opstellen van randvoorwaardes als mogelijk.