De veerconstante is gedefineerd als de kracht die je nodig hebt om een bepaalde veer uit te rekken.
In formulevorm is dat c = F<span style='font-size:6pt;line-height:100%'>res</span>/ u
de 'dimensie' van c is dan ook newton/meter
hang aan een veer een massa.
Als je de veer uittrekt en ineens loslaat. Dan bungelt hij op en neer. Dit is altijd met de zelfde frequentie. Dat noemen ze de resonantie frequentie.
Deze resonantie frequentie is afhankelijk van verschillende dingen. Waaronder de veerconstante en de massa van het gewichtje.
De functie in de afbeelding is te omschrijven als:
y(t) = A sin(2 π f t)
Waar A de amplitude is en f de frequentie van de trilling.
Van deze frequentie kunnen we dan de veerconstante bereken want f is natuurlijk 1/T Waarin T de periode van de trilling is.
C=4Pi
2 x m/T
2
Door een trilling aan te brengen kun je dus ook de veerconstante uit rekenen.