Volgens mij hoor je geen gemiddelde toon, maar hoor je de toon heen en weer "janken" tussen 438 en 440 Hz. En de "janksnelheid' is dan 2 Hz. Een effect dat zich bij piano's veelvuldig voordoet aangezien er per toets meestal meerdere snaren tegelijk worden aangeslagen.
Stel dat je twee tonen hebt: f1= 440Hz en f2= 434Hz en dat beide tonen op t= 0s dezelfde fase hebben. (...) Trilling 1 maakt dus per seconde zes trillingen meer dan nummer 2. dus na 1/6 seconde lopen ze weer in de pas. Dat gebeurt zes keer per seconde. De zwevingsfrequentie is dus 6Hz. Verder is het zo, dat je bij dit voorbeeld een gemiddelde toonhoogte4 van 437Hz hoort; die wordt zes keer per seconde sterker en zwakker. Als het frequentieverschil groter is dan 10 Hz hoor je geen zweving meer maar twee aparte tonen.
bron "Scoop, natuurkunde voor de bovenbouw 4/5 VWO, Hubert Biezeveld en Louis Mathot,1990, Wolters Noordhoff bv Groningen, pagina 244"
Verder wil ik je aanraden om in Maple of MatLAB eens een plaatje te maken waarbij je twee sinusgolven bij elkaar op telt, dan kun je zien dat ik toch niet geheel ongelijk had (ik was ook "Gast")
Dit heb ik ook al eens gedaan, zie
http://www.arago.utwente.nl/comms/focus/ar...f/35-4/35-4.pdf (ongeveer 1MB groot)
pagina 31, figuur 4