relativistische goegemeente
...
Maar dat zullen ze in CERN zelf niet toegeven, of hun denkwereld stort in.
Op dédain zit echt niemand te wachten.
Als de lichtsnelheid afhangt van twee variabele grootheden is ze toch ook variabel?
We hebben het over de speciale relativiteit. Daarvoor zijn twee inertiaalstelsel nodig die bewegen tov elkaar. We hebben het dus niet over tijd en ruimte in één stelsel, maar over de relativiteit tussen twee stelsels.
In het voorbeeldje liet ik je zien hoe, gezien vanuit de twee verschillende stelsels, de waarnemer de klok langzamer zag lopen, en hoe de astronaut de afstand tot de ster zag verminderen. Je mag de resultaten van deze twee waarnemingen niet samenvoegen in een formuletje dat alleen geldig is binnen een enkel stelsel.
Hier kan men redeneren dat een massa met een grotere snelheid, een grotere impact heeft, omdat de snelheid (of eventueel de versnelling in de formule F=Ma) de determinerende variabele factor is, die de sterkte van de impact bepaalt. De toegevoegde energie om de snelheid te bereiken, is dan relatief aan de snelheid van de massa in die redenering en niet aan de massa zelf.
Laten we eens uitgaan van jouw Newtoniaanse benadering vwb de deeltjesversneller in Cern: De kinetische energie van een voorwerp is 1/2 mv
2(halve massa maal de snelheid in het kwadraat). Men versnelt daar protonen tot 99,99999% van de lichtsnelheid, en een proton heeft een rustmassa van 1,67 × 10
-27 kg.
De kinetische energie van dat proton volgens Newton zou dan 0,00000000007 Joule zijn, ruwweg een tienmiljardste Joule.
Gaan we echter de relativiteit toepassen dan zullen we de relativistische massa uit moeten rekenen en adh daarvan de kinetische energie van het proton. Ik ga je op jouw verzoek niet vermoeien met formules, maar die blijkt dan ongeveer 0,0000006 J te zijn, ruwweg 8000 keer zo veel.
Zouden de duizenden wetenschappers van de goegemeente in Cern allemaal zo kritiekloos en dom zijn, dat ze dat enorme verschil niet op zouden merken? Degene die ontdekken zou dat er iets niet klopt aan de relativiteit wacht een immers Nobelprijs en eeuwige roem.
Los hiervan, geheel Cern zou niet kunnen werken en dus ook nooit gebouwd zijn als jouw klassieke benadering zou gelden.
Iets ontgaat mij hier. Duurt de tijd dan enkel korter voor de externe waarnemer?
De vraag is welke tijd je hiermee bedoelt. De waarnemer ziet de klok van de reiziger trager lopen, de klok van de waarnemer zelf tikt in het hem vertrouwde tempo. Andersom is het beeld hetzelfde: De astronaut merkt niets aan zijn klok, maar ziet de klok van de waarnemer op Aarde trager lopen.
Dan zijn de ruimtebits groter, en moet een lichtpuls een langere afstand afleggen
Hiermee suggereer je op zijn minst dat ruimte en dus afstand relatief is, en door massa opgerekt kan worden. Dat lijkt mij nogal in tegenspraak met jouw eerdere beweringen.
Hoe dan ook, ik ga er v.w.b. mijn bijdragen een punt achter zetten.
In deze lange berichtenstroom is door anderen en mij op veel punten aangegeven hoe de relativiteit werkt, en wat de gevolgen zijn. Er is met voorbeelden aangegeven dat een variabele lichtsnelheid en een vaste tijd/ruimte niet in overeenstemming is met de waarnemingen.
Er zijn veel concrete vragen gesteld, waarop jouw antwoord vooralsnog uitbleef.
Er is duidelijk gemaakt dat relativiteit in het dagelijks leven van onbelang is, zolang we het over beperkte snelheden, afstanden en precisie hebben.
Maar ook is duidelijk gemaakt, dat bij kerncentrales, astronomie, deeltjesfysica, ruimtevaart, GPS, Cern & Co, de atoombom, en duizenden proeven door soms uitermate kritische wetenschappers, alle waarnemingen in grote overeenstemming zijn met de relativiteit volgens Einstein.
Sterker; veel van genoemde zou niet eens kunnen werken of bestaan als de relativiteit aperte onjuistheden zou bevatten.
Is dan dus het laatste woord aan de relativiteit?
Nee, dat denk ik niet. Er zijn nog voldoende problemen, met name waar de kwantummechanica en de relativiteit samenkomen (de kwantificering van de zwaartekracht) en men is al bijna een eeuw bezig daarvoor een oplossing te vinden.
Wat die oplossing ook zal zijn, het is te verwachten dat deze de uitkomsten van de relativiteit grotendeels in stand zal houden, zoals de relativiteit de wetten van Newton ook grotendeels in stand houdt, en er een verfijning van is die alleen gebruikt hoeft te worden bij extreme omstandigheden.
Aan jou lijkt mij de taak om, als je op dit pad door wilt gaan, je gedachtengoed volgens de wetenschappelijke methode kwalitatief en kwantitatief hard te maken, en in overeenstemming te brengen met de waarnemingen. Daar zal de nodige wis- en natuurkundige bewijsvoering aan te pas moeten komen, fysica is tenslotte een exacte wetenschap.