Code: Selecteer alles
Toon aan dat iedere kwadratische vergelijking az^2+bz+c=0 (a,b,c∈R en a ≠0) te schrijven is als a(z-α)(z-β)=0 met α,β∈ C.
Een kwadratische vergelijking heeft in C tenminste 1 oplossing; twee als α≠β en 1 als α=β. Wanneer doet dit laatste zich voor?
Groeten Michel.