Laat ons dit onbeslist laten.
Dat lijkt me niet verstandig als het gaat over een algemeen aanvaarde wetenschappelijk verworvenheid.
Maar een theorie die de ruimtetijd als smooth ziet (s.r.t.) en één die de ruimtetijd op microniveau als een zeer woelige zee ziet(kwantum mechanica) vind ik zeer eigenaardig. Ik twijfel erg aan hun compabiliteit .
De ruimtetijdgeometrie in speciale relativiteit is een vaste achtergrond, en moet niet als variabel beschouwd worden. Dat is precies hetzelfde als in klassieke mechanica (daar zou je ruimtetijd ook als glad, zowel klassiek als in kwantummechanica). De ruimtetijd is enkel in algemene relativiteit variabel, enkel in kwantum algemene relativiteit is 'de ruimtetijd een woelige zee' (alhoewel dat een formulering is die meer geschikt is in romans dan in een wetenschappelijk discours). In een kwantumtheorie is er een onzekerheid op de positie in de faseruimte. Bijvoorbeeld voor een 1D systeem zijn er fluctuaties op x en op p, geen fluctuaties van de ruimtetijd. Voor een kwantumveld zijn er fluctuaties op
\(\phi(x)\)
en
\(\pi(x)\)
. Indien de faseruimte van de theorie beschreven wordt door de variabelen die de geometrie van de ruimte (geen typfout) beschrijft, de 'ruimtemetriek'
\(q_{ab}(x)\)
en de extrinsieke kromming
\(K_{ab}(x)\)
(preciezer: termen die hieruit ontstaan), dan zijn er fluctuaties op de geometrie.
Trouwens de A.R.T. is niet compatibel met de Q.M. en de A.R.T. gaat over in de S.R.T. als zwaartekracht 0 is dus...
Dit zijn toch erg weinig doordachte suggesties. Voor een start van de moeilijkheden: zie boven, het gaat over andere variabelen. Voor een conceptueel antwoord (maar ik ben niet van plan daar lang verder over te discussieren): klassieke mechanica is een limiet van SRT of van ART, schrijven we dan ook "dus..."?