ff wat stukjes uit de praktijk. Ik heb i.s.m. de laser afdeling van de Leidse Instrumentmakersschool een CO2-laserbuis ontworpen en gemaakt. Deze laserbuis had een vermogen van 15 W en was in staat door een stalen plaat heen te branden van 2 mm dik. De straal afbuigen kan met spiegels maar wordt meestal gedaan door metalen vlakken. Deze geven een gunstiger reflectie (hoger reflecterend vermogen). Dit kunnen geslepen stukken metaal zijn maar ook opgedampt metaal op een geslepen stuk glas. Dat het glas zou barsten door de hitte is onzin. De spiegel op het eind van een laserbuis is halfdoorlatend (wat niet waar is, meestal maar 10-30% doorlatend) en de rest van het licht wordt teruggekaatst in de buis.
Ook wordt gebruik gemaakt van prisma's die onder de juiste hoek geslepen 100% refelecterend zijn. De absorbtie van warmte door de spiegels is minimaal, het is tenslotte een spiegel.
De koeling bij laserbuizen gaat vooral zitten in de laserbuis zelf. Daar worden onder tientallen tot honderden kilovolts elektronen doorheen gejaagd waarbij nogal wat warmte vrijkomt. Een laserbuis heeft niet zo'n heel hoog rendement. Met geluk haal je zo'n 40-50% de rest gaat verloren aan warmte. De buizen die wij maakten haalden maar een rendement van 12%. Je staat nogal wat warmte te dissiperen.
Even over dat 'aanwijzertje', dat is een laserdiode, weer wat anders...