Tijdens een weekend-vakantie krijgt een werknemer van een ingenieursburo een idee.
De branche voor de toepassing is de grotere, professionele scheepvaart.
De werknemer kreeg het idee door de specifieke vrijetijdsbesteding van de werknemer. (zeezeilen en techniek van jachten)
De werknemer (in de functie senior constructeur werktuigbouwkunde) is na een detacheringsperiode van 4,5 jaar sinds enkele maanden weer terug op het kantoor van de werkgever. De detachering was in een andere branche (apparatuur voor railinfra) dan de mogelijke toepassing van het idee. Ook de werkgever realiseert geen enkele omzet in de branche van het idee.
Er is onvoldoende productief werk voor de werknemer op kantoor.
De werknemer schoolt zich daardoor om op het werken met moderne 3D software.
Er staats niets in de arbeidsovereenkomst over intellectueel eigendom, zo is de aard van het bedrijf van de werkgever ook niet. De werknemer is niet betrokken geweest bij ontwikkeltrajecten van nieuwe producten van de werkgever, noch is hij er speciaal voor aangenomen of voor opgeleid. (mts-nivo)
Het idee wordt informeel voorgelegd aan de werkgever. Deze vindt het goed als de werknemer zijn studietijd gebruikt voor het uitwerken van presentaties / ontwerpen.
Met regelmaat komen er productieve (betaalde) werkzaamheden tussendoor die vanzelfsprekend prioriteit krijgen.
Maar de uitwerking van het idee vordert gestaag. De werknemer ontdekt een octrooi-voucher regeling (euro 8.000) en de werknemer raadt aan om een octrooiaanvraag in te dienen. Hij schrijft deze zelf, in zijn "leegloop" uren.
Hij vindt dit een compensatie. Het is ook nodig: het gaat niet al te best met het buro en er worden collega's ontslagen. Bijgevolg staat de naam van de werkgever op de aanvraag, de werknemer wordt geregistreerd als uitvinder. De werkgever betaalt de indieningstaks en de kosten van het nieuwheidsonderzoek. (euro 220,00). Het geheel gaat in goede harmonie, de werknemer functioneert als projectleider en er is geen discussie van wie "het idee" is. Er blijkt interesse uit de markt. Deze wordt benaderd door de werknemer.
Inmiddels is er een nieuwe afdelings manager. De resultaten van het nieuwheidsonderzoek, zeer positief, komen binnen.
De aanvraag bevat bruikbare nieuwe materie. De manager neemt de leiding van het project bij de werknemer uit handen. Hij realiseert verschillende acties zonder overleg met en zonder instemming van de werknemer. De manger vertelt hem van plannen om de rechten eventueel te verkopen. Dit is niet de bedoeling van de werknemer.
De werknemer wil "zijn" octrooi opeisen ingevolge artikel 12 ROW: de uitvinding is in privetijd gedaan en ontbeert elke relatie met de bedrijfsactiviteiten van de werkgever.
De manager stelt dat de aanvrager juridisch eigenaar van het octrooi is. (en niet de uitvinder).
Tevens stelt hij dat het idee de werkgever toekomt omdat het uitvinden van octrooiwaardige materie een normale bezigheid zou vormen voor een senior constructeur (met een mts opleiding), en dat de werkgever met name eigenaar is omdat het idee is uitgewerkt in de tijd en met middelen van de werkgever. Dat deze tijd "leegloop" was, dat het uitwerken studie vormde voor omscholing op andere software (waardoor er inmiddels nieuwe detacheringsmogelijkheden zijn benut) en dat er daarnaast een voucher is ontvangen doet, naar mening van de manager, niet terzake.
Een heel bericht, maar zo compleet mogelijk weergegeven.
Ik hoop dat er iemand objectief uitsluitsel kan geven over de kansen tot opeising of oplossing van het geschil.
(ps. de werkgever, is uit het bedrijf door een chemokuur. Voorkeur verdient het om de zaak op te lossen met de nieuwe afdelingsmanager)